Bij volgno. 7 der agenda -2- de burgemeester van Breda, de navolgende rechten geheven: Indien het bedrag van de voor belanghebbenden overeenkomstig art.7 van de schoolgeldwet te berekenen, bedraagt: minder dan 26,- nihil 26,- doch 11 105,- 10# 105,- 164,- 15# ƒ164,- 243,- 25# «M, 0 MM 1 1 C\J 40# 342,- j 443,- 60# 443,- 557,- hk O CO 557,- of meer 100# van de kosten. Voor de in het vorige lid bedoelde berekening worden de belanghebbenden als schoolgeldplichtigen beschouwd in een schoolgeldjaar, dat aanvangt op 1 sep tember en lopende is op het tijdstip, waarop de in het tweede lid bedoelde ver richtingen plaats vinden of een aanvang hebben genomen. II. Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag van de maand, volgende op die waarin de koninklijke goedkeuring is ontvangen. Aldus vastgesteld door de raad ven de gemeente Breda in zijn openbare vergadering van voorzitter. secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1958 | | pagina 304