Volgno. 21a der agenda
-3-
5. Door het achterwege laten van de toevoeging aan de
reserve "rente voordeel investeringen woningwetbouw"
in de begroting van de leningsdienst na wijziging ge
raamd op 85.020,-, komt voor dekking van het nadelig
saldo beschikbaar f^'3.020,-
1.214.968,"
iIet de thans toegekende subjectieve verhoging kan de begroting 1957 slui
tend worden gemaakt. Dit betekent evenwel niet, dat hiermede een oplossing is ver
kregen voor een langere termijn. Dit geldt met name voor de lasten van de onrenda
bele investeringen.
Bij de beoordeling van het verzoek om subjectieve verhoging wordt voor de ka-
pitaalslasten uitgegaan van de werkelijke investeringen in 1956 en 1957, terwijl
geen rekening wordt gehouden met de potentiële lasten van de goedgekeurde nog
niet of slechts gedeeltelijk uitgevoerde onrendabele investeringen, welke in de
volgende jaren reëel in het budget moeten worden opgevangen.
Dit heeft onvermijdelijk tot gevolg dat voor het volgende jaar i.e. 1958
weer een beroep moet worden gedaan op de bijzondere middelen van het gemeentefonds.
Een daartoe strekkend verzoek is reeds ingediend.
hij kunnen ons niet onttrekken aan de indruk dat het resultaat van het ver
zoek om subjectieve verhoging ongunstig is beinvloed door het relatief geringe be
drag dat voor subjectieve correcties beschikbaar is. De vooruitzichten voor 195c
zijn, gezien de uitlatingen van de ministers in de kamers, op dit punt zeker niet
gunstiger, zodat een bevredigende oplossing van de financiële moeilijkheden ook in
dit jaar niet te verwachten is.
"Jij stellen U voor de begroting voor het dienstjaar 1957 te herzien op de
hiervoor aangegeven wijze, door vaststelling van de 119e begrotingswijziging.
Op sommige punten zal nu ook de begroting voor het dienstjaar 1953 moeten
worden herzien; wij zullen U daartoe te zijner tijd een voorstel doen.
Burgemeester en wethouders van Breda,
G. Kortrnann burgemeester.
Van Woensel
secretaris.