GEMEENTE BREDA
Bijlagen 1958
no. 295
9 juli 1958
V/7957
Voorstel van burgemeester en wethouders tot ver
betering van de afwatering in het westelijk ge
deelte vj.n de gemeente.
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
De ontwatering van het landelijk gebied in het westelijk gedeelte van de gemeente
is zoals ook in Uw raad enkele malen is opgemerkt, de laatste tijd onvoldoende. Vooral
de laaggelegen percelen ondervinden in het natte jaargetijde veel wateroverlast.
De leidingen, welke het overtollige water moeten afvoeren, zijn over het algemeen
te klein van afmeting, terwijl bovendien de in deze leidingen voorkomende kunstwerken
veelal te klein of te hoog gelegen zijn.
Teneinde in deze situatie verbetering te brengen is ingevolge onze opdracht door
de Nederlandse Heide Maatschappij voor het onderhavige gebied een nieuw ontwaterings
plan ontworpen, waarvan de uitvoering zou kunnen geschieden als aanvullend werkgelegen-
heidsobject met rijkssubsidie.
Dit plan wordt met de bijbehorende tekeningen hierbij aangeboden Door de
Nederlandse Heide Mij. is het plan bereids aan de cultuur-technische dienst van Noord-
Brabant te Tilburg toegezonden, terwijl wij inmiddels ook een subsidieverzoek hebben
ingediend.
De totale kosten worden begroot op totaal 408.761,-, gesplitst als volgt:
rubriek n, loon op basis 0,60, subsidie 75fc f 84.240,-
rubriek B, sociale lasten en toelagen, subsidie 100?» 192.933>-
rubriek G, overige lasten, niet subsidiabel 11 151 .588,-
Totaal 408.761
In eerste instantie zal dus voor rekening der gemeente komen 25/° van 84.240,-
21.060,- 131.588,- 152.648,- met dien verstande, dat de mogelijkheid van
bijdragen door derden aanwezig is.
De te verbeteren leidingen zijn over het algemeen in beheer en onderhoud bij de
gemeente Breda. Op de afzonderlijk bijgevoegde tekening no. 57.959*) zijn in blauwe
kleur aangegeven de leidingen, welke volgens de goedgekeurde legger d.d. 24 november
1954 door de gemeente moeten worden onderhouden. De kosten van het weer in orde brengen
van deze waterlopen dienen zodoende ook door de gemeente te worden gedragen.
Voor zover de te verbeteren leidingen niet in genoemde legger zijn opgenomen,
moge het navolgende dienen:
a. de Bosloop, leiding 1is voor zover na te gaan steeds geheel door de voormalige
gemeente Princenhage ond.erhouden. Na de grenswijziging per 1 januari 1942 is dit
onderhoud door Breda overgenomen en voortgezet;
b. de leidingen 6, 7 en 8 zijn nieuw geprojecteerd om de lozing van de onderhavige
gebieden, welke niet tot een waterschap behoren, los te maken van de riolering.
Een huidige onderhoudsplichtige is mitsdien niet aan te wijzen.
volgno. 14 der agenda
j
