Volgno.3b der agenda -2- 11. C. Oomen, eigenaar van het perceel gemeente Breda sectie F.no.104 (oud H 590be stemd voor industrieterrein en van het perceel gemeente Breda, sectie F.no.83 (oud H 2089) gelegen buiten het uitbreidingsplan. 12. G. van den Bliek, eigenaar van het perceel gemeente Breda, sectie F no.108, be stemd voor weggebied. 13- C. van Oosterhout, eigenaar van het perceel gemeente Breda, sectie F no.101 (ged.) bestemd voor weggebied. 14. M. de Jongh, eigenaar van het perceel gemeente Princenhage, sectie 11 117 (ged.) be stemd voor weggebied en volkstuinen. 15. C. de Jongh, eigenaar van het perceel gemeente Breda, sectie F no.400, bestemd voor weggebied en volkstuinen. 16. Kinderen Oomen, eigenaar van het perceel gemeente Breda,sectie F 119 (oud li 563) bestemd voor volkstuinen. 17. Kinderen Beekers, pachters van het perceel gemeente Princenhage, sectie H 941 ge legen buiten het uitbreidingsplan en van de percelen gemeente Princenhage sectie H nos. 2452 en gemeente Breda, sectie F no.119 (oud H 563), bestemd voor weggebied en volkstuinen en eigenaren van de percelen gemeente Princenhage, sectie H nos. 2911, 2914 en 2915 (ged.) bestemd voor landelijk gebied II en industrieterrein. 18. J. Bruyns,eigenaar van de percelen gem.P'hage, sectie II nos.2907,2908,2911 ,2914 en 2915(ged.(oud H 36),bestemd voor weggebied, landelijk gebied en industrieterrein. 19. J. van Es, eigenaar van de percelen gemeente Princenhage,sectie II nos. 49 on 1986, bestemd voor landelijk gebied II. 20. A. Maas, eigenaar van de percelen gemeente Princenhage, sectie H no.2773 en gemeen te Breda, sectie F nos.344, 345 en 346 bestemd voor industrieterrein en pachter van de percelen gemeente Breda, sectie F nos. 39, 37 en 38, gelegen buiten het uit breidingsplan. 21. G. "Verdaasdonk, eigenaar van de percelen gemeente Princenhage, sectie II nos.1990 en 1991 bestemd voor weggebied en pachter van het perceel gemeente Princenhage, sectie H.no.1989 bestemd voor weggebied en industrieterrein. 22. F. Maas, eigenaar van de percelen gemeente Princenhage, sectie H no.2717 en gemeente Breda, sectie F nos.242, 243 en 380 bestemd voor weggebied, industrieterrein en industriële- en spoorwegdoeleinden. 23. Chr. Maas, pachter van de percelen gemeente Princenhagesectie H no.271 7 en ge meente Breda, sectie F nos.242, 243 en 380 bestemd voor weggebied, industrieterrein en industriële- en spoorwegdoeleinden. 24. F. Maas, eigenaar van het perceel gemeente Princenhage, sectie H no.2765, bestemd voor weggebied. 25. Chr. Maas, pachter van het perceel gemeente Princenhage sectie H no.2765, bestemd voor weggebied. De percelen waarop de bezwaarschriften betrekking hebben zijn op de voor U ter visie gelegde tekening no.15801-a in rode kleur aangegeven. De nos. 1 tot en met 25 corresponderen met de nummers in rode inkt voorkomende op deze tekening. Naar aanleiding van deze bezwaarschriften merken wij op, dat het niet mogelijk is door handhaving van het huidig gebruik van de grond aan de wensen van adressanten tegemoet te komen omdat dan de gedachten, welke aan het plan ten grondslag liggen ge heel zouden worden prijs gegeven. Wel dient aan hen de toezegging te worden gedaan,dat zij bij aankoop door of onteigening ten name van de gemeente van de hun in eigendom toebehorende of bij hen in pacht zijnde grond volgens de daarvoor bestaande regelen volledige schadeloosstelling zullen ontvangen. Voor zover de bezwaarschriften gericht zijn tegen de bestemming landelijk ge bied II merken wij bovendien nog op, dat de agrarische bebouwing in het gebied met deze bestemming tot een minimum is beperkt^ teneinde er van verzekerd te zijn, dat er voldoende ruimte aanwezig blijft om in de toekomst de noodzakelijke aansluitingen te kunnen maken voor de later aan te leggen wegen ter ontsluiting van noordelijker gelegen in de toekomst nog te stichten woon- en industriegebieden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1958 | | pagina 591