GEMEENTE BREDA VTTX^TTÖe Vj uTTT cTg^ITuxT Bijlagen 1958 no. 415 10 september 1958 OS/15074 Preadvies van burgemeester en wethouders op een verzoek van het bestuur van de stichting Nederlandse Vakscholen voor kappers te Utrecht tot afgifte van een noodzakelijkheidsverklaring voor de oprichting en instandhouding van een kappersvakschool, alhier. AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA. Het bestuur van de Stichting ïïederlandse Vakscholen voor kappers te Utrecht heeft bij het voor Uw raad ter inzage liggend schrijven verzocht om afgifte van een verklaring, als bedoeld in artikel 25, 2e lid, der nijverheidsonderwijswet, uit welke verklaring moet blijken, dat de oprichting en instandhouding van een kappersvakschooi alhier nodig wordt geoordeeld. Het kappersvakonderwijs wordt reeds sedert een reeks van jaren door bovengenoem de stichting verzorgd. De school leidt op tot het bediendendiploma herenvak (3-jarige opleiding), het bediendendiploma damesvak (4-jarige opleiding)en het patroonsdiploma (2-jarige oplei ding) Het is de bedoeling van voornoemd stichtingsbestuur te trachten de bestaande kappersvakschool onder de subsidiebepalingen van de nijverheidsonderwijswet te bren gen, waartoe onder meer een urgentie-verklaring, als bovenbedoeld, nodig is. Indien de oprichting en instandhouding van de hierbedoelde school door de Kroon, de onder wijsraad gehoord en gelet op de behoefte aan de schooi en de daaraan verbonden ver hoging van de rijksuitgaven, wordt goedgekeurd, zullen de netto-kosten van de school voor 70 c/o ten laste van het rijk en voor 30 voor rekening van de gemeente komen. Ingevolge het bepaalde in de nijverheidsonderwijswet zijn de organisaties van werknemers en werkgevers gehoord. Uit de ingekomen adhesiebetuigingen, welke voor Uw raad ter visie liggen, moge blijken, dat de kappersvakschool in een behoefte voor Breda voorziet. In verband met vorenstaande stellen uij Uw college voor het verzoek van voornoemd stichtingsbestuur1 in te willigen en de oprichting en instandhouding van een kappersvak school in deze gemeente nodig te oordelen. Een on'twerp-besluit gaat ter vaststelling hierbij. j,\ Burgemeester en wethouders van Breda, ligt ter visie m de raadzaal De secretaris^De burgemeester,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1958 | | pagina 614