-3- 4. Overdracht Artikel 10. 1Ten dienste van de overdracht aan de ondernemer wordt destructiemateriaal A door of vanwege het hoofd van dienst op de dag van aangifte telefonisch aangemeld bij de ondernemer, onder mededeling van de gegevens, bedoeld in artikel 2, tweede lid. 2. De aanmelding bij de ondernemer van destructiemateriaal B of C geschiedt door het hoofd van dienst zo spoedig mogelijk, tenzij het betreft destructiemateriaal, dat door de ondernemer, ingevolge een met het hoofd van dienst getroffen regeling, op gezette tij den wordt opgehaald. Artikel t1 1De overdracht van destructiemateriaal geschiedt door inlading in een daarvoor bestemd vervoermiddel van de ondernemer. 2. De ondernemer is verplicht de overdracht van destructiemateriaal B of G jaarlijks vóór 1 maart, onder opgave van de totale hoeveelheid over het voorafgaande jaar, aan het gemeentebestuur te bevestigen. 5. Dode honden en katten. artikel 12. Omtrent de aangifte, het vervoer, het ophalen en de overdracht van dode honden en katten, alsmede omtrent de afgifte daarvan aan een van gemeentewege aangewezen ver- zameldienst kunnen burgemeester en wethouders, met inachtneming van het bepaalde in artikel 32 van het destructiebesluitnadere voorschriften geven. 6. Slotbepalingen Artikel 13. 1. De aanwijzing van materiaal, als bedoeld in artikel 2, derde lid, laatste alinea der wet, geschiedt door de burgemeester op voorstel van het hoofd van dienst of het hoofd van dienst gehoord; zij wordt onverwijld aan de eigenaar of houder medegedeeld. 2. Het hoofd van dienst houdt aantekening van het ingevolge het eerste lid aangewezen destructiemateriaal. Artikel 14. Burgemeester en wethouders kunnen, met afwijking van het bepaalde in artikel 2, eerste lid, bepalen, dat de aangifte geschiedt bij een door hen aangewezen ambtenaar. Hetzelfde geldt met betrekking tot de aanmelding, bedoeld in artikel 10, eerste lid. Artikel 13. Indien het hoofd van dienst, dan wel de eigenaar of houder van destructiemateriaal A, sectie van het destructiemateriaal noodzakelijk of wenselijk acht, wordt de sectie verricht in een daartoe bestemde lokaliteit van het openbare slachthuis te Breda dan wel van de destructor. De eigenaar of houder is, indien de sectie niet aan de destructor geschiedt, verplicht het destructiemateriaal naar eerstgenoemde lokaliteit te vervoeren of te doen ver voeren. Artikel 16. Deze verordening kan worden aangehaald als "destructieverordening voor de gemeente Breda" en treedt in werking met ingang van de dag, volgende op die van haar afkondi ging.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1958 | | pagina 636