GEMEENTE BREDA
Bij volgno. 31 der agenda
De raad van de gemeente Breda?
Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 september
1958, no.P/12229, gehoord de commissie van overleg?
besluit;
I. a. De bezoldiging van de werklieden zal worden gebaseerd op de uitkomsten van werk-
classificatie volgens de genormaliseerde methode.
b. Aan de werklieden, van wie de bezoldiging is vastgesteld naar de onder a. be
doelde wijze, zal een prestatiebeloning worden toegekend in de vorm van een
tijdelijke toeslag, welke ten hoogste 8 ten honderd van de wedde per week zal
bedragen, met dien verstande, dat bij toekenning van een prestatiebeloning naar
een systeem van merit-rating een groepsgemiddelde van 5 ten honderd zal gelden
van de totale wedde per week van de betreffende groep.
c. Burgemeester en wethouders stellen nadere regelen vast voor de uitvoering van
het onder a. en b. bepaalde.
d. Burgemeester en wethouders bepalen voor elke dienst of dienstonderdeel het tijd
stip van invoering van de onder a. en b. bedoelde bezoldigingsmethodemet dien
verstande, dat het tijdstip van invoering voor tenminste één dienstonderdeel zal
liggen vóór 1 januari 1959.
II. Vanaf 30 maart 1958 wordt aan de jeugdige en volwassen werklieden een tijdelijke
toeslag van 3 ten honderd van de wedde per week toegekend, met dien verstande dat
deze toeslag vervalt vanaf het tijdstip, dat hun een prestatiebeloning, als bedoeld
onder Ib, wordt toegekend.
Aldus vastgesteld door de raad in zijn ver
gadering van
burgemeester.
secretaris.