GEMEENTE BREDA ïolgno- 50 der geml
Bijlagen 1958
no. 583
9 december 1958
F/19370
Voorstel van burgemeester en wethouders tot het
aangaan van kasgeldleningen in het eerste kwar
taal 1959.
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
Ieder jaar wordt door U besloten tot het aangaan van kasgeldleningen tot een
bepaald bedrag.
Ingaande januari 1958 is door gedeputeerd.e staten de eis gesteld, dat indien
het maximum aan kasgeld op te nemen bedrag uitgaat boven de norm van 25 van het bud
get hetgeen voor de gemeente ook voor 1959 het geval zal zijn de geldigheids
duur van het besluit dient te worden beperkt tot een periode van drie maanden.
In Uw vergadering van 17 september j.l. besloot U dat gedurende het vierde
kwartaal 1958 de maximum kasgeldschuld der gemeente niet meer zou bedragen dan
23.000.000,-.
Volgens de ter visie gelegde berekening zal dit maximum gedurende het eers ue
kwartaal 1959 een bedrag van 13.100.000,- niet behoeven te overschrijden.
Doordat op de kapitaalmarkt zich de mogelijkheid voordeed 2-en 3-jarige fix-
leningen af te sluiten kan het maximum aan kasgeldschuld in vergelijking met het
vorige kwartaal verminderd worden van 23.000.000,- tot j lp.ICO.000,-.
In verband met bovenstaande stellen wij U voor te besluiten tot het aangaan
van kasgeldleningen gedurende het eerste kwartaal 1959 net een maximum looptijd
van een jaar, tot een maximum-bedrag van 13.100.000,- met inbegrip van de in re
kening-courant opgenomen bedragen en voorts onder de voorwaarden in het voor U ter
visie gelegde ontwerp-besluit opgenomen.
Burgemeester en wethouders van Breda,
C. ICortmann
burgemees ter
Van Woensel
secretaris.