GEMEENTE BREDA
Volgno. 11
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
der agenda
Bijlagen 1958
no. 60
5 februari 1958
OS/2316
Voorstel van burgemeester en wethouders tot het
vaststellen van de vergoeding bedoeld in artikel
101 bis der lager onderwijswet 1920 over het jaar
1956.
Krachtens het bepaalde in artikel 101 bis van de lager onderwijswet 1920 ver
goedt de gemeente, indien zij geen openbare scholen voor v.g.l.o. en u.l.o. in
stand houdt, aan de besturen van gelijksoortige bijzondere scholen de beloningen
van aan die scholen verbonden vakonderwijzers, tenzij Uw raad van oordeel is, dat
de kosten zonder noodzaak zijn gemaakt of hoger zijn dan noodzakelijk is. In dat
geval wordt de vergoeding bij een met redenen omicleed besluit geheel of gedeelte
lijk afgewezen.
Op grond van het bepaalde in het 5e lid van genoemd wetsartikel zijn door
Uw raad aan de in het concept-besluit genoemde schoolbesturen voorschotten
verleend, aangezien er blijkens de destijds door de inspecteur van het lager onder
wijs uitgebrachte adviezen geen reden was aan te nemen, dat de kosten buiten nood
zaak werden gemaakt en/of dat het getal aan de vakleerkrachten opgedragen lesuren te
hoog was.
De vakleerkrachten zijn bezoldigd overeenkomstig de normen, vastgesteld in de
door Uw raad vastgestelde bezoldigingsregeling.
De op de vergoedingen betrekking hebbende salariskwitanties zijn door ons on
derzocht en akkoord bevonden, zodat wij U voorstellen over te gaan tot vaststelling
van de vergoedingen bedoeld in artikel 101 bis der lager onderwijswet 1920 over het
jaar 1956, ten behoeve van do op bijgaand concept-besluit vermelde scholen.
Burgemeester en wethouders van Breda,
C. Kortmann burgemeester.
ligt ter visie in de raadzaal
Van ifiioensel
secretaris.