100,-
100,-
220,-
Vol £tno •o.o'orid.B
-2-
Dit alles houdt in, dat na afloop van de vijfjaarlijkse periode 1956 - 1960)
eun eventueel overschrijdingsbedrag aan de besturen van de bijzondere kleuterscho
len uitgekeerd zal moeten worden, tenzij de overschrijding in de jaren 1959 en 1960
alsnog wordt gecompenseerd.
Het navolgende overzicht ge^ft aan, dat de openbare kleuterscholen over de
jaren 1956 en 1957 "te duur" worden geëxploiteerd;
a. rijksvergoeding per lokaal;
1956 675,-
1957 740,-
1958 810,-
uitgegeven per lokaal:
931,32
800,23
uitgegeven per kleuter:
9,86
11,56
b. rijksvergoeding per kleuter:
1956 8,50
1957 9,-
1958 10,50
Ten aanzien van de vergoeding per lokaal kan worden gesteld, dat dit bedrag
door de minister van onderwijs, kunsten en wetenschappen erg laag is vastgesteld,
althans voor de exploitatie van de onderhavige openbare kleuterscholen.
Aangezien deze scholen deel uitmaken van een groot lokalen-complex (combinatie
met g.l.o.-school) en de ouderdom van de schoolgebouwen niet zodanig is, dat de
instandhoudingskosten zeer hoog zouden zijn, mag niet worden verondersteld, dat
deze scholen erg duur worden geëxploiteerd.
Ondanks het feit, dat steeds getracht werd de uitgaven te houden binnen de door
de minister van onderwijs, kunsten en wetenschappen vastgestelde bedragen per lokaal,
vond in 1956 en 1957 een overschrijding plaats.
Toch kan met betrekking tot de lokalen onzes inziens niet worden gezegd, dat de
openbare kleuterscholen in bijzondere omstandigheden verkeren. Daar dit ingevolge
artikel 46 der kleuteronderwijswet de enige beweegreden is om verhoging van het
exploitatie-bedrag te vragen,is er geen motief om de minister van onderwijs, kunsten
en wetenschappen verhoging van het bedrag per lokaal te vragen.
Ten aanzien van de vergoeding per kleuter kar echter worden gesteld, dat door
de geringe aantallen kleuters, die de openbare scholen bezoeken deze scholen in
bijzondere omstandigheden verkeren. In de jaren 1956, 1957 en 1958 was het leerlin-
genverloop van de openbare kleuterscholen Boschstraat 49 bis en Viandenlaan 1, als
volgt
Boschstraat Viandenlaan Totaal
1956 54 2/3 35 l/9 89 7/9
1957 57 1/10 26 2/5 83 l/2
1958 51 l/2 26 1/5 77 7/10
Dat de overschrijding van het vergoedingsbedrag per kleuter niet nog groter
is, dan in vorenstaand overzicht is aangegeven, is het gevolg van het feit, dat
tegen overschrijding van het bedrag steeds wordt gewaakt en de uitgaven van de open
bare kleuterscholen tot de meest noodzakelijke worden beperkt. Diverse voorzieningen
moesten van jaar tot jaar worden uitgesteld omdat de begroting van het jaar, waarin
de voorzieningen hadden moeten worden getroffen niet toereikend was. Dat geen toe
reikende bedragen op de gemeente-begroting gesteld konden worden kan worden gezien
als het gevolg van het gering aantal kleuters, dat de openbare kleuterscholen bezoekt.
Voor de "beide openbare kleuterscholen hebben wij, in overleg met de hoofd
leidsters, de navolgende begroting voor 1959 opgesteld:
Boschstraat 49 bis
a. onderhoud van schoolmofbelen, ontwikke
lingsmateriaal, hulpmiddelen en school-
behoeften
b. aanschaffing van ontwikkelingsmateriaal,
hulpmiddelen en schoolbehooften, voor zover
het betreft kosten van vervanging wegens slij
tage of aanvulling wegens verbruik
c. andere uitgaven ter verzekering van de goede
gang van het onderwijs (waaronder administra
tiekosten, sollicitatiekosten)
Viandenlaan 1
785,-
130,-
1.015,-
80,-
400,