GEMEENTE BREDA
nij volgno. 10 der agenda
Toelichting, behorende bij het voorstel van burge
meester en wethouders cp aanvragen ex artikel 72
van de lager onderwijswet 1920.
Ad. 1
Het schoolbestuur is overgegaan tot het opnemen van het vak handenarbeid in de
lesrooster. Voor dit leervak zijn nog geen leermiddelen aanwezig.
Ad. 2
Omdat het aantal leerlingen per klas sedert de stichting aanmerkelijk is ge
stegen, zijn er niet voldoende gymnastiekleermiddelen, wanneer er aan een klas
onderricht wordt gegeven. Daarom is terecht een beroep gedaan op artikel 72 van de
lager onderwijswet 1920 om medewerking wegens toename van het aantal leerlingen.
Ad. 7
Bij de wet van 4 augustus 1958 is het verkeersonderwijs verplichtend gesteld
per 1 januari 1959 voor de onder de lager onderwijswet 1920 vallende scholen.
Omdat voor de 4 eerstgenoemde schelen nog geen verkeersleermiddelen beschikbaar zijn
gesteld en voor de g.l.o.-school Zandberglaan 62 een absoluut onvoldoende hoeveelheid
(95 leerboeken; leerjaren 5 en 6 tellen alleen al 148 leerlingen), worden door in
williging van de aanvrage de normale eisen, aan het geven van lager onderwijs te
stellen, niet overschreden.
Ad. 4
Ten behoeve van de g.l.o.-school Jacob Gatssingel 10 zijn voor de eerste 6 leer
jaren voor elk leerjaar voor 48 leerlingen leermiddelen aanwezig. Het 5e, 6e en 7e
leerjaar worden momenteel bezocht door respectievelijk 49, 51 en 9 leerlingen.
Aanvulling van het tekort aan leermiddelen kan dus plaats vinden krachtens artikel 72
van de lager onderwijswet 1920.
Ad. 7
Na de modernisering van het schoolgebouw in 1950 zijn op een na alle klaslokalen
voorzien van nieuw meubilair. De schoolmeubelen van de laatste klas zijn zeer oud
van model en voldoen niet aan de normale eisen; vervanging is dan ook strikt nood
zakelijk.
Ad6
Bij de wet van 4 augustus 1958 is het verkeersonderwijs verplichtend gesteld
per 1 januari 1959 voor de onder de lager onderwijswet 1920 vallende scholen. Omdat
voor de onderwerpelijke school nog geen verkeersleermiddelen beschikbaar zijn ge
steld, worden door inwilliging van de aanvrage de normale eisen, aan het geven van
lager onderwijs te stellen, niet overschreden.