GEMEENTE BREDA
Volgno. 21 der agenda
Bijlagen 1959
no. 113
4 maart 1959
F/3180
Voorstel van burgemeester en wethouders tot het ne
men van een algemeen geldleningsbesluit tot een be
drag van 20.000.000,-.
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
In Uw vergadering van 15 oktober 1958 besloot U tot het aangaan van geldleningen
tot een bedrag van f, 15.000.000,- mits de leningen dienden tot consolidatie van de
kasgeldschuld
Ter uitvoering van Uw besluit zijn door ons tot op heden geldleningen aangetrok
ken tot een bedrag van f. 13.774.504,-, zodat het maximum bedrag nagenoeg is bereikt.
Een overzicht van de door ons college gesloten geldleningen, steunende op boven
genoemd raadsbesluit is voor U ter visie gelegd.
De ervaringen, die ons college met üw genoemd besluit heeft opgedaan zijn onver
deeld gunstig te noemen. Meerdere malen zijn wij door de grotere bewegingsvrijheid,
die dat besluit ons biedt, in staat geweest van de meest gunstige aanbiedingen in de
markt te profiteren.
Wij achten het daarom ook van belang indien U wederom een geldleningsbesluit,
waarmede de vermoedelijke behoeften voor het jaar 1959 kunnen worden gedekt, zoudt
willen nemen. De door U bij het vorige besluit gestelde beperking ten aanzien van de
consolidatie van kasgeldschuld zou thans moeten vervallen, omdat deze nog slechts
- 5.000.000,- bedraagt en de leningsbehoefte voor het jaar 1959 op rond
20.000.000,- is te stellen.
Dit bedrag van 20,000.000,- is als volgt berekend:
Volgens de begroting van de gemeentelijke leningsdienst voor 1959 bedraagt op
1 januari 1959 de consolidatie-acb.tersta.nd 58.200.000,-
Van dit bedrag was te financieren voor de woningbouw,
waarvoor rijksvoorschotten worden verleend 23.000.000,-
zodat dus financieringsmiddelen op lange termijn moeten
worden aangetrokken 35.200.000,-
Vanaf het tijdstip van het samenstellen van bovengenoemde be
groting tot en met heden werd aan geldleningenbuiten de
rijksvoorschotten voor woningwetbouw,aangetrokken 28.600.000,-
6,600.000,-
Blijkens het investeringsplan 1959, hetgeen U bij de begro
ting 1959 werd overgelegd, is aan dekkingsmiddelen voorts
nodig J 27.000.000,-
Te verminderen met rijksvoorschotten voor woning
wetbouw, beschikbaar komende eigen financierings
middelen e.d. 14.250.000,"", 12.750.000,,-
zodat tot ultimo 1959 voor financiering van de kapitaalsuitgaven
nodig zal zijn 19.350.000,-
afgerond 20.000.000,-