GEMEENTE BREDA O r -r o' y- *n Bijlagen 1959 nr. 235 10 juni 1959 V/6557 Voorstel van burgemeester on wethouders tot vaststelling van bebouwingsvoorschriften als bedoeld in artikel 43 der woningwet voor de Vestkant e.o. AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA. In de rrad^al is voor U ter visie gelegd een tekening no, 15707, waarop is aangegeven hoe de catering van de omgsving van de Vestkant is gedacht. Bij deze kaart zijn gevoegd een uitvoerige toelichting en ontwerp-beboüwingsvoorschriften als bedoeld in artikel 43 der woningwet. Overeenkomstig het bepaalde in art, 43 jo. 37 van genoemde wet heeft het ontwerp-plan ingaande 25 maart 1959 tot en met 21 april 1959 ter visie gelegen ter gemeentesecretarie Deze ter visie legging is op de gebruikelijke wijze aan de ingezetenen bekend gemaakt en bovendien aangekondigd in de plaatselijke dagbladen "De Stem" en "De Bredasche Courant". Tegen het ontwerp zijn enige bezwaarschriften ingekomen en wel van: 1. de firma J.de Jongh en Zoon,eigenares van het perceel sectie E no. 1324, gelegen op de hoek Vaagweg - Amstelstraat; 2. D.van der Linden, eigenaar van het prrceel sectie E no. 1079, gelegen op de hoek Vestkant-Walstraat 3. Wed. P.van Cemert-de Steur, vruchtgebruikster van huis- en slaapkamer van het pand, kadastraal bekend sectie E no. 1079, gelegen op de hoek Vestkant-Walstraat 4. C.J.Joosen, eigenaar van het perceel, kadastraal bekend sectie E no. 1087, gelegen aan de Vestkant; 5. J.Looman, eigenaar van het perceel, kadastraal bekend sectie E no. 3033, gelegen bij de hoek Oranjeboomstraat-Vincent van Goghstraat; 6. J.A.Joosen, eigenaar van het perceel kadastraal bekend sectie E no. 1566, gelegen aan de Oranjeboomstraat; 7. P.Remie, eigenaar van het perceel, kadastraal bekend sectie E no. 1043, gelegen aan de Vestkant; 8. A.C.G. van Aart, eigenaar van het perceel kadastraal bekend sectie E no. 3168, gelegen aan de Haagweg; 9. A.Rovers, eigenaar van het perceel sectie E no. 4221, gelegen aan de Haagweg. A Op de voor U ter visie gelegde tekening no. 15760 is de ligging van deze per celen nader aangegeven. Met betrekking tot deze bezwaarschriften merken wij op, dat die genoemd onder de nummers 2, 3, 4, 6, 7 en 9 uitdrukkelijk gericht zijn aan ons College in plaats van aan Uw raad. Zowel in de bekendmakingen als in de aanschrijvingen, welke aan de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1959 | | pagina 372