Bij volgnr. 24 der agenda.
-2-
"dat dit echter geenszins uitsluit, dat in bijzondere gevallen, in verband met
"andere zakelijke gegevens, welke aan het gemeentebestuur bekend zijn, of bekend
"moeten zijn, een verklaring voldoende bewijskracht kan hebben, ook indien zij
"geen namen en adressen van aanstaande leerlingen vermeldt"
De uitbreidingsplannen Liniekwartier en Doornbos, die als één geografisch
geheel zijn aan te merken, hebben, zodra deze zijn gerealiseerd, de navolgende
hoeveelheden;
Liniekwartier Doornbos
inwoners 2.242 3.200
r.k. inwoners 1.917 (85,57°) 2.752 (86 fo)
potentiële r.k.leerlingen 335 (17,5^) 413 (15 f°)
r.k. g.l.o.-scholen bezoekende leerlingen 322 (96 fo) 391 (95
In het Liniekwartier is één 8-klassige g.l.o.-school (Archimedesstraat) aanwezig, die
aan de 322 leerlingen huisvesting biedt. Voor de 391 leerlingen blijft dus behoefte
aan lokaalruimte bestaan, waarvoor het schoolbestuur 2 scholen wenst te stichten,
voor één waarvan thans medewerking is gevraagd. Met toepassing van de huidige leer-
lingenschaal zal één 6-klassige school minimaal 211 leerlingen huisvesten, zodat
voor de overige leerlingen nog één school (5 of 6 klassen) gesticht moet worden.
Aan de hand van bovenstaande sociografische gegevens blijkt dus de behoefte aan de
6-klassige school, waarvoor thans medewerking is gevraagd, te bestaan. Hier is dus
een geval aanwezig, waar in verband met werkelijk aanwezige gegevens een verklaring
van het schoolbestuur, zonder gestaafd te zijn aan de hand van individuele verkla
ringen van de betrokken ouders, voldoende bewijskracht heeft.
Ad b. Het bestuur verklaart dat, voordat met de bouvj der school wordt aangevangen, een
bedrag, gelijkstaande met 1 5 der stichtingskosten, in de gemeentekas zal worden
gestort.
Ad cHet bestuur verklaart, dat;
a. de school ruimte moet bieden aan 212 leerlingen;
b. maximaal 48 leerlingen per lokaal zullen worden toegelaten,
c. de school 6 lokalen zal bevatten;
d. de school bestemd zal zijn voor het geven van gewoon lager onderwijs.
Ad d. De verklaring van het bestuur, dat het voor de nieuw te stichten school is aangeslo
ten bij een groep bijzondere scholen, welke een commissie van beroep, als bedoeld^
in artikel 89, lid 7, der lager onderwijswet 1920, hebben ingesteld, is overgelegd
en akkoord.