GEMEENTE BREDA
volgno. 10 der agenda
Bijlagen 1959
nr, 528
4 november 1959
V/19561
Voorstel van burgemeester en wethouders tot het
voeren van een rechtsgeding in hoger beroep tegen
P.A. de Koek.
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
Op 17 september 1958 besloot Uw raad een rechtsgeding te voeren strekkende tot
verweer in rechten tegen de door P.A, de Koek tegen de gemeente ingestelde vor
dering in verband met de aan diens eigendom Acadeniesingel 32 door de gemeente
krachtens de woningwet jo.de wederopbouwwet aangebrachte herstellingen.
Dit besluit is door gedeputeerde staten van Noord-Brabant goedgekeurd bij hun
besluit d.d. 8 oktober 1958, G.no. 1546,
Op 10 maart 1959 heeft de arrondissementsrechtbank te Breda in deze zaak vonnis
gewezen, waarbij P.A, de Koek goed opposant is verklaard tegen het dwangbevel
door de gemeente-ontvanger tegen hem uitgevaardigd op 21 juli 1958.
Op grond van het bepaalde in artikel 209 sub r der gemeentewet hebben wij beslo
ten hoger beroep aan te tekenen van dit vonnis, zulks in afwachting van een door
Uw raad te nemen besluit.
Dit besluit was gebaseerd op een terzake door de stadsadvocaat Prof.W.J.I. van
dijmen uitgebracht rechtskundig advies.
Wij stellen U voor tot het aantekenen van hoger beroep van het door de rechtbank
gewezen vonnis overeenkomstig het ter visie gelegde ontwerp—besluit.
De aan de geraeente betekende dagvaarding, het vonnis van de arrondissements
rechtbank en het rechtskundig advies van Frof.Van Wijmen hebben wij ter inzage
gelegd in de raadzaal.
Burgemeester en wethouders van Breda,
J.A. lieijs
loco-burgemeester
Van Woensel
secretaris.