GEMEENTE BREDA Tolei°- 27 der "*maa
Bijlagen 1959
Voorstel van burgemeester en wethouders tot her
ziening van het krediet voor de bouw van de brug
over de Mark nabij de Krogten.
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
In Uwe vergadering van 16 juli 1958 is besloten tot de bouw van de brug over de
rivier "De Mark" nabij de Krogten, voor welk project een krediet van 959.000,-
is gevoteerd. Bij het 92e wijzigingsbesluit is voormeld bedrag op de begroting 1958
gebracht
Volgens de aanvankelijke subsidietoezegging, onder dagtekening van 5 november
1958 van de Directie voor de Arbeidsvoorziening ontvangen, werden de totale kosten
voor dit werk evenwel geraamd op 996.597,- inclusief 50.000,- voor grondver
werving. Het buiten deze extra post resterende verschil vond zijn oorzaak in verho
ging van enkele posten naar de door de d.a.c.w. gehanteerde richtlijnen.
In verband hiermede werd door gedeputeerde staten der provincie Noord—Brabant
verzocht het toegestane krediet met de nader geraamde kosten in overeenstemming te
brengen en mitsdien te verhogen tot 996.597,-. Om praktische redenen hebben wij
er evenwel de voorkeur aan gegeven met herziening van de raming te wachten totdat
de aanbesteding van het werk had plaats gevonden. Deze is gehouden op 18 december
1958.
Het werk is voor de prijs van 669.700,- gegund aan Sprangers' Bouw- en Be
tonbedrijf N.V. alhier, waarna de subsidiabele kosten van het werk bij de definitieve
subsidietoezegging d.d. 30 december 19>3 zijn bepaald als volgt:
Aanneemsom 7* 669.700,-
Directie 45.77o,-
Gemeenteleveringen 114.433,-
Grondaankoop 2.Q..Q00 -
Totaal 859.909,-
Het subsidie zal bedragen 95 f- van de werkelijke totale kosten, zodat slechts
5 fo ten laste der gemeente zal blijven.
Voor de voorbereidingskosten van de brug en de opritten is bij Uw besluit van
15 januari 1958 reeds een krediet verleend van 20.400,-, waarvan 14.400,- be
trekking heeft op de bouw van de brug.
In het kred-iet voor de brug is laatstgenoemd bedrag opnieuw opgenomen, zodat
het nader te ramen bedrag met 14.400,- kan worden verlaagd en mitsdien gesteld
op 859.909,- - 14.400,- - 845.509,-.
Aangezien met de uitvoering pas in dit jaar is aangevangen, ware dit bedrag
gelijktijdig naar de begroting 1959 over te brengen.