GEMEENTE BREDA volgno, 18 der agenda Bijlagen 1960 no.616 7 december 1960 OS/1 6888 Voorstel van burgemeester en wethouders tot het vaststellen van de vergoeding, bedoeld in artikel 101 bis van de lager-onderwijswet 1920 over het jaar 1959. AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA. Krachtens het bepaalde in artikel 101 bis van de lager-onderwijswet 1920 ver goedt de gemeente, indien zij geen openbare scholen voor v.g.l.o. en u.l.o. in stand houdt, aan de besturen van gelijksoortige bijzondere scholen de belo ningen van de aan die scholen verbonden vakonderwijzers, tenzij Uw raad van oor deel is, dat de kosten zonder noodzaak zijn gemaakt of hoger zijn dan noodzake lijk is. In dat geval wordt de vergoeding bij een met redenen omkleed besluit geheel of gedeeltelijk afgewezen. Op grond van het bepaalde in het vijfde lid van genoemd wetsartikel zijn door Uw raad bij Uw besluit van 15 juli 1959 aan de in het hierbijgaande concept besluit genoemde schoolbesturen,met uitzondering aan dat van de per 1 septem ber 1959 geopende Jan Ligthart u.l.o.school, voorschotten verleend, aangezien er blijkens de destijds door de inspecteur van het lager onderwijs uitgebrachte adviezen geen redenen waren aan te nemen, dat de kosten buiten noodzaak werden gemaakt en/of dat hot getal aan de vakleerkrachten opgedragen lesuren te hoog was. Het nader ingewonnen advies van de inspecteur van het lager onderwijs met be trekking tot de aan de Jan Ligthart-u.l.o.school aangestelde vakleerkrachten is eveneens gunstig. De vakleerkrachten zijn bezoldigd naar de door Uw raad vastgestelde "bezoldi gingsregeling vakonderwijs 1959". De berekeningen van de salarissen, alsmede de kwitanties van de door de school besturen betaalde vergoedingen zijn door ons onderzocht en akkoord bevonden. Wij stellen U daarom voor over te gaan tot het vaststellen van de vergoedingen, bedoeld in artikel 101 bis van de lager-onderwijswet 1920 over het jaar 1959 ten behoeve van de op bijgaand concept-besluit vermelde scholen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1960 | | pagina 1192