GEMEENTE BREDA
volgno. 10 der agenda
Bijlagen 1960
nr.120
9 maart 1960
V/3951
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
vaststelling van de bebouwings-verordening
voor het gebied Poolseweg - Vierwindenstraat
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
Met ingang van 23 december 1959 heeft gedurende dertig dagen ter inzage
gelegen ter gemeente-secretarie een ontwerp van een bebouwingsverordening
voor het gebied gelegen tussen de Poolseweg en de Keizerstraat,
Deze ter visie legging is op de gebruikelijke wijze aan de ingezetenen
bekend gemaakt en aangekondigd in de plaatselijke dagbladen "De Stem" en
"De Bredasche Courant",
Tegen dit ontwerp is een bezwaarschrift ingekomen van de eerstaanwezend
ingenieur der genie te Breda namens het departement van defensie en na
overleg met de inspecteur der domeinen te s-Hertogenbosch.
Haar aanleiding van dit bezwaarschrift merken wij het volgende op.
Alvorens wij het ontwerp-besluit ter visie hebben gelegd hebben wij contact
opgenomen met de minister van defensie teneinde diens medewerking te ver
krijgen voor de uitvoering van het plan. De minister antwoordde op onze
brief, dat hij in beginsel niet ongenegen was aan de voorgestelde straat
verbreding zijn medewerking te verlenen, mits de minister van financiën
zich eveneens met de afstand van de benodigde grond c,a. zou kunnen ver
enigen en onder het stellen van nog enige andere voorwaarden, onder' meer,
dat overeenstemming zou worden verkregen ten aanzien van een compensatie
in terrein aan of nabij de bestaande militaire complexen in het centrum,
Haar derhalve de minister geen principiële bezwaren bleek te hebben en de
genoemde terreincompensatie in het leader van de toekomstige verdere sanering
der binnenstad, tot de mogelijkheden lijkt te behoren,achtten wij de ter
visielegging van het ontwerp-besluit, welke de procedure tot vaststellen
van bijzondere vocrgevelrooilijnen inluidt, op zijn plaats.
Het bezwaarschrift richt zich zowel tegen het ontwerp-besluit tot vaststelling
van bijzondere voorgevelrooilijnen als tegen het ontwerp bebouwings-verordening.
Wij zullen dus zowel in dit voorstel als in ons voorstel tot vaststelling
van de bijzondere voorgevelrooilijnen op de bezwaren van reclamant ingaan.
Dat van rijkswege op onbekrompen wijze medewerking is verleend aan uit
breidingsplannen van deze gemeente ontkennen wij geenszins. Daartegenover