GEMEENTE BREDA volgno, 36 der agenda Bijlagen 1960 nr. 307 15 juni 1960 V/8325 Voorstel van burgemeester en wethouders tot het voeren van een rechtsgeding in hoger be roep met de wed. C.M. van Gurp-Voermana AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA. Voor de realisatie van het uitbreidingsplan "Doornbos" moest de gemeente in het vorig jaar de vrije beschikking hebben over het perceel tuingrond, kadastraal bekend gemeente Breda sectie D, no. 6970 (ged.) groot 0.54,60 ha. Dit perceel was tot 11 november 1960 verpacht aan mevrouw C.M. van Gurp- Voermans, Op ons daartoe gedaan versoek d.d. 10 juni 1959 ontbond de pachtkamer van het kantongerecht te Breda bij haar tussenvonnis d.d. 18 juni 1959 met in gang van diezelfde dag de pachtovereenkomst. De aan pachtster toekomende schadeloosstelling zou bij het eindvonnis worden vastgesteld. Dit eindvonnis is uitgesproken op 21 april 1960. Van beide vonnissen is mevrouw Van Gurp-Voermans in hoger beroep gekomen bij de pachtkamer van het gerechtshof te Arnhem. Wij stellen U voor in rechte verweer te voeren tegen do eis van mevrouw Van Gurp-Voermans. De dagvaarding, het eindvonnis van de pachtkamer van het kantongerecht, het ingevolge art, 233 der gemeentewet geëiste advies alsmede een concept-besluit liggen voor ter inzage in de raadzaal. Burgemeester en wethouders van Breda J.A. Meijs loco-burgemeester 'Walenkamp loco-secretaris

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1960 | | pagina 465