GEMEENTE BREDA
bij volgno, 14b der agenda
Toelichting, behorende bij bet voorstel van
burgemeester en wethouders op aanvragen ex
artikel 72 van de lager-onderwijswet 1920.
Ad. 1De houten vloerpiinten rotten weg door zwamvormingevenals de bodems van
de boekenkasten. Het betreft hier herstel, geen gewoon onderhoud zijnde,
zodat terecht een beroep op artikel 72 der wet is gedaan.
Ad2Bij raadsbesluit van 11 juli 1956 is de onderwerpelijke school beschik
baar gesteld aan het bestuur van de opvoeding- en onderwijsstichting
"dint Marie" te Huybergen; deze beschikbaarstelling is nadien gevolgd
door een eigendomsoverdracht op grond van artikel 80, lid 2, der wet.
Nadat het gebouw aanvankelijk als openbare g.l.o.school in gebruik was,
is dit in de oorlog door de Duitse bezetters gevorderd en na de bevrij
ding door de Geallieerden gebruikt. Na ontruiming van het gebouw door
laatstgenoemden is dit als telefooncentrale in gebruik genomen tot 1957.
Toen alle voormelde gebruikers het schoolgebouw hadden verlaten, zijn er
voor ee: bedrag van 10T.000,- bouwtechnische voorzieningen aar/getroffen
omdat beschikbaarstelling van meerdere gelden voor de restauratie uit
hoofde van de bestedingsbeperking geen doorgang kon vinden, is geen uit
voering kunnen worden gegeven aan de toen reeds noodzakelijke verbetering
der verwarmingsinstallatie.
Het bestuur verzoekt thans om medewerking teneinde de verwarming te ver
beteren en uit te breiden. Uit een door ons ingesteld onderzoek blijkt,
dat de toestand van de installatie niet meer aan redelijke eisen beant
woordt. De 30 jaar oude ketels zijn slecht en te gering van capaciteit;
de radiatoren in het gehele gebouw zijn te klein, terwijl door deze on
voldoende toestand van radiatoren en kerels het gebouw niet warm is te
Aangezien het hier hers cel betreft, geen gewoon onderhoud zijnde - de
installatie is versleten door toedoen buiten het onderwijs om. - worden
door inwilliging van het verzoek de normale eisen, aan het geven van la
ger onderwijs te stellen niet overschreden.
Tevens is aanvaardbaar de twee van het gebouw losstaande lokalen (één
klaslokaal en het overblijflokaal) op de installatie aan te sluiten.
Aangetekend wordt hierbij, dat het verbeteren der installatie met zich
zal brengen het wijzigingen van de cokesverwarming door een oliestcokver-
warming.
stoken.