volgnr. 5 der agenda Ten. aanzien van de ontvankelijkheid van He reclamanten merken wij op, dat alle bezwaarschriften binnen de wettelijk voorgeschreven termijn zijn ingekomen. Do bezwaarschriften van mevrouw de weduwe C. in 't Groen-Schets, Loendert Vriens N.V. en J.A. Reijnders zijn niet, zoals de wederopbouwwet voorschrijft gericht tot Uw raad, doch tot ons college. Om deze reden zijn reclamanten niet ontvankelijk in hun bezwaren. De bezwaren van de overige reclamanten, waarvan die sub 1 en 3 zich reeds tot Uw raad hebben gewend bij de vaststelling van genoemde rooilijnen, richten zich niet zozeer tegen de nieuwe rooilijn doch veeleer tegen het reeds in die rooilijn gebouwde transformatorhuis. Dit transform'.torhuis is gebouwd ter vervanging van hot zwaar overbelaste transformatorstation aan de Nieuwe Ginnekenstraat. Dit laatste moest in het belang van een ongestoorde elektriciteitsvoorziening van de omgeving dringend en zo spoedig mogelijk worden vervangen. Handhaving op de oude plaats was uit verkeerstechnisch oogpunt ongewenst. Teneinde ontoelaatbare spanningsverliezen te voorkomen diende de nieuwe vestigingsplaats zo dicht mogelijk bij de oude gelogen te zijn. Aan deze voorwaarde was slechts te voldoen, door hot trafo gebouw aan de mr.dr.Prederiksstraat te bouwen. Alle pogingen der gemeente om aan deze straat een geschikt terreintje aan te kopen leden echter schipbreuk. Er bleef dus geen andere keus dan het transformatorhuis op gemeente-eigendom te plaatsen. Deze noodzaak, gecombineerd met hot verlangen een stedebouwkun dig gezien verantwoorde bebouwing van het noordelijke deel van de westelijke straatwand ook praktisch uitvoerbaar te maken door het aldaar liggende bouw terrein een grotere diepte te geven, leidde tot de huidige situering. Een al ternatieve situatie, welke een ongestoorde stroomlevering - van belang voor de gehele omgeving - waarborgt was en is nog niet aanwezig. Ten aanzien van de afzonderlijke bezwaarschriften moge het volgende dienen: 1Wij kunnen niet inzien, dat het pand van reclamant in waarde vermindert om dat het ongeveer 6m verder van de grens van de rijbaan ligt, waarbij het contact met die rijbaan niet wordt verzwakt. Integendeel is er enig voordeel verbonden aan de aanwezigheid van enige ruimte voor het parkeren tussen de rijbaan en het trottoir. De afstand van de zijgevel van het pand van reclamant tot de vooruitsprin gende hoek van het transformatorhuis bedraagt ongeveer 10m. Het pand van re clamant is derhalve geenszins in een dode hoek komen te liggen. Naar het ons voorkomt zullen do voetgangers, die, komende vanaf de Markendaalseweg, het trottoir volgen, juist op het pand van reclamant worden aangevoerd. Door het vooruitspringen van de rooilijn ten noorden van het pand van recla mant nemen de mogelijkheden voor bebouwing van de mr.dr.Prederiksstraat aan zienlijk toe. Immers hierdoor kan een bebouwing tot stand komen, welke past in het totaalbeeld ter plaatse. Bij de oorspronkelijke afmetingen is het gevaar niet denkbeeldig dat - tot schade van het geheel - dit terrein braak blijft liggen of bebouwd wordt met bebouwing van minder allure. Wij zijn dan ook van mening, dat het bezwaar van adressant ongegrond is. 2. De praktijk heeft uitgewezen, dat de waarde van een winkelstraat niet even redig is aan de grootte van de stroom gemotoriseerd verkeer. Voor het voet gangers- en rijwielverkeer zal de mr.dr.Proderiksstraat een waardevolle passage blijven, terwijl deze straat voor het overige verkeer goed bereik- baar blijft en er zich ruime parkeermogelijkheid bevindt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1960 | | pagina 6