GEMEENTE BREDA Bijlagen 1960 r. 481 16 september 1960 AA! J DE RAAD DER GEMEENTE BREDA. ■Z/v/15773 Nota van burgemeester en wethouders over het huisvestings- en het woningbouwbeleid. I. Inleiding Na afloop van de laatste wereldoorlog heerste er een grote en schrijnende woningnood; dat was begrijpelijk, immers jarenlang had de woningbouw stil gelegen terwijl de bevolkingsgroei zich voortzette. Nu, 15 jaar later, is de woningnood weliswaar van aanzienlijk geringere omvang, maar nog immer vormt zij een niet te loochenen bron van onvrijheid, leed en ongemak voor velen en een gevaar voor de geestelijke en lichamelijke volksgezondheid.. Woningnood duidt op een discrepantie tussen de aanwezige woningvoorraad en de woonruimtebehoefte in deze zin dat er een tekort aan woningen althans aan aan de behoeften aangepaste woonruimte bestaat. Woningnood uitbannen betekent in feite vooral het wegwerken van het woningtekort; in dit licht is het op lossen van de woningnood niet een zaak van gemeentebesturen alleen; de be grenzing van de mogelijkheden der gemeenten om een reële bijdrage te leveren tot het overwinnen van de woningnood is zelfs tamelijk nauw; men denke slechts aan de contingentering van het bouwvolume door de centrale overheid en de nadere verdeling daarvan door de provinciale besturen, aan het woningbouw- subsidiebeleid, aan de financieringsproblematiek, aan de bouwkosten en het loonbeleid. De beperkte armslag der gemeenten schept voor hen echter de zware verantwoordelijkheid om de mogelijkheden, die haar openstaan om een bijdrage te leveren in de leniging van de woningnood, zo doelmatig mogelijk te benutten. Wij willen trachten Uw raad in deze nota een inzicht te geven in de omvang en de structuur van de plaatselijke woningnood, in het geleidelijke verloop van de woningnood en in hetgeen de gemeentelijke overheid, binnen het raam harer beperkte mogelijkheden, heeft gedaan om het woningtekort althans voor een deel in telopen; wij stellen ons voor daarbij aandacht te schenken aan de uit een analyse van de huidige woningnoodsituatie af te leiden desiderata en na te gaan of en hoe die desiderata in het huisvestings- en bouwbeleid kunnen worden verwezenlijkt. II. Omvang en verloop van de woningnood De term woningnood wordt in verschillende betekenissen gebruikt. De vraag naar de omvang van de woningnood kan dan ook op meerdere, onderling sterk verschillende wijzen beantwoord worden. Men kan de inhoud van het begrip woningnood afhankelijk stellen van het aantal woningzoekenden, dat bij de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1960 | | pagina 788