gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
volgno. 6a der agenda
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
vaststelling van het uitbreidingsplan in
onderdelen "Brabantpark D 1961".
In de raadzaal is voor Uw raad in ontwerp ter visie gelegd het uitbreidings
plan in onderdelen "Brabantpark D 1961" met de daarbijbehorende bebouwings
voorschriften en toelichting, Dit uitbreidingsplan is een herziening van het
uitbreidingsplan in onderdelen "Brabantpark D" en van een klein gedeelte van
het daaraan grenzende uitbreidingsplan in hoofdzaak der gemeente Nieuw-
Ginneken.
Dit uitbreidingsplan heeft met ingang van 23 augustus 1961 gedurende vier
weken ter inzage gelegen ter gemeente-secretarie. Deze ter visielegging is
tevoren op de gebruikelijke wijze aan de ingezetenen bekend gemaakt en
bovendien aangekondigd in de plaatselijke dagbladen "De Stem" en de "Bredasche
Courant"
legen het ontwerp-plan zijn bezwaarschriften ingekomen van Rijkswaterstaat
Directie Noord-Brabant te 1s-Hertogenbosch en Usso Nederland N. V.welke
laatste eigenaresse is van het perceel kadastraal bekend gemeente Ginneken
sectie A, no. 1399, gelegen langs de Teteringsedijk.
Beide reclamanten zijn belanghebbenden in de zin der woningwet.
Het bezwaarschrift van Rijkswaterstaat is echter ontvangen na het verstrijken
van de beroepstermijn, welke op 19 september 1961 eindigde, zodat wij Uw
raad niet anders kunnen voorstellen dan reclamant niet ontvankelijk te ver
klaren. Zonder een oordeel uit te spreken over het al dan niet gegrond zijn
van het bezwaar van Rijkswaterstaat, zich richtende tegen de in het plan
aangegeven aansluiting van de St.Ignatiusstraat aan de 'Teteringsedijk, kan
aan hem de verzekering worden gegeven, dat deze aansluiting welke de toe
komstig gewenste situatie aangeeft, eerst zal worden uitgevoerd, nadat de
Teteringsedijk van het doorgaande verkeer zal zijn ontlast en door de
gemeente in beheer en onderhoud zal zijn overgenomen. Overigens kan deze
reconstructie slechts met medewerking van deze instantie worden uitgevoerd.
De bestemming van de aan de Usso Nederland N.V. in eigendom toebehorende
grond heeft bij de thans in het geding zijnde herziening van het uitbreidings
plan geen wijziging ondergaan. Deze was en is voor het aan de weg grenzende
deel "kleine bedrijven" en voor het overige "bijzondere gebouwen".
Reclamante heeft destijds tegen het ontwerp-uitbreidingsplan "Brabantpark D"
niet geprotesteerd, zodat haar bezwaren thans ongegrond moeten worden
verklaard.
De wijzigingen, die zich in de terreinaanleg van het ter plaatse aanwezige
benzinestation hebben voorgedaan, maken verwerving van dat deel van de
eigendom van reclamante dat voor bijzondere gebouwen is aangewezen, echter
zeer kostbaar voor de gemeente.
Bijlagen 1961
no603
9 november 1961
V/19401