gemeente Breda
bij volgno. 10 der agenda
De raad der gemeente Breda;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders dd, 8 november 1961, Bij
lagen 1961, no. 610 5
overwegende, dat door de uitsluitend in het belang van de verbetering dor volks
huisvesting werkzame en als zodanig toegelaten r.lc.Bouwvereniging "St.Joseph",
alhier?zal worden overgegaan tot do stichting van een complex van 80 woningen,
in het uitbreidingsplan "Hoge Tucht I" te Breda;
dat de bouw en de exploitatie dor woningen zullen kunnen geschieden met toepas
sing van do financiële bepalingen van de woningwet en hare uitvoeringsvoor
schriften;
gelet op de artt,52 en 56 der woningwet, de bepalingen van het woningbcsluit
en de beschikking bijdragen woningwotbouw 1950;
besluit
onder voorbehoud van toekenning van de onder II vermelde steun uit 1s—rijks
kas aan de r.k. Bouwvereniging "St.Joseph", alhier,te verlenen:
a. een voorschot ton bedrage ven maximaal 189.197,- ten behoeve van het ver
krijgen van bouwterrein on een voorschot ten bedrage van maximaal 1.252.313,-
ten behoeve van do Louw van het complex 80 woningen in het uitbreidingsplan
"Hoge Vucïit I" te Breda en zulks ond^r de navolgende voorwaarden:
1 de betaling van rente en aflossing der grond- en bouwveorschotten behoort
te geschieden in respectievelijk 75 on 50 annuïteiten, berekend naar
hetzelfde rentepercentage als de gemeente verschuldigd zal zijn voor het
door haar nu of later voor hc-t onderhavige doel opgenomen kapitaal, met
inbegrip van de kosten op het sluiten, opnieuw sluiten of converteren der
geldlening(en) vellende;
2. bij faillissement of bij ontbinding of opheffing der bouwvereniging, alsmede
indien do voorwaarden, waaronder het voorschot is verleend, niet worden
nageleefd, itfordt het voorschot of hot onafgeloste gedeelte daarvan terstond
opvorderbaar;
3. bij vervreemding of bezwering van onroerende goederen der bouwvereniging
zonder goedkeuring van burgemeester on wethouders, of anders van gedepu
teerde staten, zal het bestuur aan de gemeente verbeuren een som van twee
maal de bij dit besluit verleende voorschotten, waarvoor de leden van het
bestuur, die aan het besluit tot vervreemding of verzwaring hebben mede
gewerkt of zich daartegen niet hebben verzet ook na hun aftreden als be
stuurslid, hoofdelijk ieder voor hc-t geheel aansprakelijk zullen zijn,
onverminderd het recht der gemeente om, zo daartoe termen zijn, in plaats
van de geldboete schadevergoeding te eisen en om de vervreemding of bo-
zwaring niet als geldig te erkennen;
4. de gemeente zal, zolang het voorschot niet geheel is afgelost, met goed
keuring van gedeputeerde staten, of, bij weigering, mot koninklijke goed
keuring, het recht hebben alle bezittingen, mot het voorschot verkregen,
mot do daarop rustende lasten en verplichtingen en alle schulden dor bouw
vereniging, voor zover die ton behoeve van die bezittingen zijn gemaakt,
gezamenlijk over te nomen togen betaling van een bedrag, d.oor gedeputeer
de staten goedgekeurd of bij weigering, door de Kroon vast te stellen, met