gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
volgno. 22 der agenda
Voorstel van burgemeester en wethouders tot het
nemen van een principe-besluit inzake de ge
meentelijke garantie ten behoeve van de Neder
landse Centrale voor Huisvesting van Bejaarden,
in verband met uitbreiding van het bejaarden
tehuis in "Ruitersbos"
Bijlagen 1961
no.622
8 november 1961
V/18199
In Uw vergadering van 16 november 1960 is overeenkomstig ons voorstel bij
lagen 1960, no. 544, besloten tot het garanderen van de betaling van rente
en aflossing van een door de Nederlandse Centrale voor Huisvesting van Be
jaarden te sluiten geldlening, groot 2.100,000,- bestemd voor gedeelte
lijke financiering van de bouw van een bejaardentehuis in het uitbreidings
plan "Ruitersbos".
Dit besluit is door gedeputeerde staten van Noord-Brabant goedgekeurd op
23 november 1960 onder G.no. 74781. Een naar aanleiding van ons voor
stel, bijlagen 1960, no. 608 genomen wijzigingsbesluit van 14 december 1960,
betreffende de naam van de geldgeefster en de stortingsdatum van de eerste
termijn, is door genoemd college goedgekeurd bi„ besluit van 21 december
1960, G.no. 77759.
Met voormeld leningsbedrag zouden voorlopig nagenoeg geheel kunnen worden
gefinancierd de destijds geraamde stichtingskosten ad 2.599.352,- ver
minderd met de rijkspremie ad 222.354,- per saldo dus 2.376.998,-.
De capaciteit van het tehuis was bepaald op
130 eenpersoonskamers 130 bewoners
7 tweepersoonskamers 14
6 ziekenkamers 14
22 personeelskamers 22
derhalve een totale capaciteit van 180 bedden
Enkele maanden geleden, toen de bouw van het tehuis reeds gevorderd was tot
boven de grond,heeft de i\.C«E,3. de medewerking der gemeente gevraagd voor
een voorgenomen uitbreiding tot totaal 243 bedden door de bouw van een extra
verdieping, zoals op bijgaande tekeningen aangegeven waartegen het be
treffende uitbreidingsplan zich niet verzet.
Het toen al ontvangen aantal aanmeldingen van gegadigden voor vestiging- in
dit tehuis, namelijk ruim 200, noopte tot deze uitbreiding, welke in het
licht van de bejaardennota bezien ook geen bedenking ontmoet.
Haar do bovenaangegeven onderscheiding wordt de verdeling van het aantal