gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
volgno. 60 der agenda
Bijlagen 1961
no
^2
7 december 1961
AZ/24797
Voorstel van burgemeester en wethouders
tot wijziging van art. 20 van de ver
ordening op de keuringsdienst van
slachtdieren en van vlees.
Op 10 september 1958 heeft Uw raad een algeheel herziene vleeskeurings
verordening vastgesteld. Deze herziening werd door gezien als een
noodzakelijk gevolg van een belangrijke wijziging van de vleeskeurings-
wet en het verschijnen van het vleeskeuringsbesluit van 14 januari 1957,
aangezien deze regelingen gingen voorzien in een aantal onderwerpen,
welke reeds in de oude gemeentelijke verordening waren geregeld, zodat
aanpassing van de verordening aan vleeskeuringswet en -besluit geboden
was
Ingevolge het bepaalde in het koninklijk besluit van 29 oktober 1957,
staatsblad 455, is het vleeskeuringsbesluit in werking getreden op
16 februari 1958, met uitzondering echter van artikel 58. Bij hetzelfde
koninklijk besluit van 29 oktober 1957 werd namelijk bepaald, dat artikel
58 van het vleeskeuringsbesluit, betreffende het vervoer van vlees, op
1 januari 1962 van kracht zou worden. Hierbij heeft de bedoeling voor
gezeten de belanghebbenden in de gelegenheid te stellen zich aan de
nieuwe situatie aan te passen. Tot op laatstgenoemd tijdstip geldt
terz ke artikel 62 van het koninklijk besluit van 5 juni 1920.
De ontwerp-verordening welke wij U thans ter vaststelling voorleggen
heeft betrekking op het van kracht worden van meergenoemd artikel 58
op 1 januari 1962, houdende de voorwaarden, waaraan bij hot vervoer van
vlees van de ene gemeente naar een andere gemeente moet worden voldaan.
Uit een oogpunt van hygiëne moet het bestaande artikel 20 van de vlees
keuringsverordening onvoldoende worden geacht, V/ij zijn van oordeel,
dat de uniformiteit op het stuk van regelingen van vleesvervoer gediend zou
worden deor aanpassing van ie in voornoemd artikel 20 van de verordening neer
gelegde regeling van hot vervoer van vlees binnen de gemeente aan die welke
ingevolge artikel 58 van het vleeskeuringsbesluit voor vleestransport van de
ene gemeente naar een andere gaat gelden.
De onderwerpelijke verordening behoeft de goedkeuring van gedeputeerde
staten.
Hij hebben de commissie van advies, die ingevolge de gemeenschappelijke
regeling van de keuringsdienst in de vleeskeuringskring Breda omtrent
vaststelling en wijziging van de vleeskeuringsverordening moet worden
gehoord, verzocht eventuele bedenkingen tegen de wijziging vóór 1 janu
ari 1962 kenbaar te maken. Teneinde de vaststelling van de verordening