-21-
Hoofdstuk IV. Volksgezondheid.
Algemeen
De zwemgelegenheid in Breda is niet rooskleurig te noemen. Het Ei is te klein.
De Leemputten zijn te ver, vooral voor kinderen, en langs een te gevaarlijke
weg te bereiken. De Prinsenpiassen zijn modderpoelen en het Sportfondsenbad
is des zomers minder aantrekkelijk.
Kunnen burgemeester en wethouders bij benadering zeggen, wanneer met het bad
Wolfslaar een begin wordt gemaakt?
Uit het rapport, dat ruim een jaar geleden verschenen is over de recreatie
mogelijkheden in Noord-Brabant, blijkt dat er aan de recreatieve uitrusting
van de stad Breda en zijn naaste omgeving nog veel ontbreekt. Hebben burge
meester en wethouders zich hierover als eens beraden en zo ja, wat zijn dan
de resultaten van dit beraad? Vooral ten aanzien van het zgn. sociaal toerisme
zijnde mogelijkheden in Breda en omgeving nog veel te gering.
Het is het afgelopen jaar meermalen voorgekomen, dat door de N.V.Noord-West
Brabantse Waterleidingmaatschappij de watertoevoer moest worden afgesloten
wegens werkzaamheden, maar dat de belanghebbenden hiervan niet of onvoldoende
op de hoogte gesteld werden. Willen burgemeester en wethouders er bij de be
trokken waterleidingmaatschappij op aandringen, dat belanghebbenden in het ver
volg tijdig en persoonlijk gewaarschuwd worden. Een kleine advertentie in de
plaatselijke bladen moet in dit verband niet voldoende geacht worden.
De indruk bestaat dat op de weekmarkten onvoldoende aandacht wordt besteed
aan de deugdelijkheid van levensmiddelen,
In het algemeen weet het publiek niet tot wie zich te wenden met klachten, Is
hierin verbetering te brengen?
Uitgaven
Volgno. 162 en 174
Hoe zijn de enorme verhogingen onder de volgnos, 162 en 174 verklaarbaar?
Volgno. 174
Waaruit bestaat de uitbreiding van de werkzaamheden ten behoeve van de school-
art sendienst?
Is een 5e schoolarts en een 5e schoolverpleegster noodzakelijk? Bekend is toch
dat de hoge top van het kinderaantal bereikt is en de komende jaren het aan
tal leerlingen zal dalen. Is deze maatregel dan verantwoord?
Volgno. 174A
De jeugdtandverzorging verkeert in een overgangsstadium. Verbeteringen en/of
veranderingen in de werkwijze zijn dus in dit stadium nog zeer goed mogelijk.
De voorlichting, die op de scholen wordt gegeven is beslist onvoldoende.
Op diverse scholen werd dit afgelopen jaar slechts eenmaal een voorlichtings
praatje gehouden en werd verder alleen één plaatje ontvangen om in de scholen
op te hangen.
Zijn burgemeester en wethouders niet van mening, dat dit te weinig is, om de kin
deren begrip voor deze zaak bij te brengen?
Volgno. 176
Wat is de reden van de verhoging van deze post?