-32- Hoofdstuk VIII 16 Algemeen De lijst van subsidies wordt uitgebreider en vertoont meerdere verhogingen van de bedragen. Vooral wanneer gesubsidieerd wordt naar exploitatielasten of naar inwonertal. Verhogingen naar rato van het aantal leden is nog enigszins aanvaardbaar, omdat daar nog een zekere zelfwerkzaamheid door gedemonstreerd wordt. Is het in vele gevallen niet wenselijk indien men naar rato van exploi tatielasten subsidieert alsook naar inwonertal om toch een zeker maximum vast te stellen zodat men weet waar men aan toe is bij het verlenen van dergelijk soort subsidies? De subsidie aan bepaalde culturele verenigingen, niet liggende op het plaatse lijke vlak, vertoont elk jaar een stijging. Zijn burgemeester en wethouders niet van oordeel dat de maximale grens is bereikt? De studie en het overleg van het college van burgemeester en wethouders om zich te bezinnen cp de vraag of en in hoeverre het tot dusverre gevoerde beleid in de culturele sector voortgezet of gewijzigd dient te worden schijnt slechts tot het resultaat te hebben geleid, dat de normen voor de verdeling van het subsidie voor bijzondere culturele doeleinden van 15.000,- gewijzigd werden en dat het subsidie voor algemeen culturele doeleinden werd verhoogd van 20.000,- tot 25.000,-. Overigens is alles bij het oude gebleven. Dit is bijzonder teleurstellend, vooral voor hen die het wel menen met het kwijnende muziek- en toneelleven in onze stad. Het bezoek aan de door de Bredase uitkoop verenigingen georganiseerde voorstellingen en aan de in onze stad plaats vin dende concerten loopt voortdurend terug. Daarom zou een verhoging van het sub sidie voor bijzondere culturele doeleinden, alsmede het beschikbaar stellen van een bedrag voor de organisatie van concerten tegen verlaagde entreeprijzen een noodzakelijke injectie ter stimulering van het toneel- en muziekleven in Breda hebben betekend. Het ontbreken van een goede, mcderne schouwburg in onze stad is een van de belangrijkste oorzaken van het teruglopen van het bezoek aan de door de uit koopverenigingen georganiseerde voorstellingen. Met alle waardering voor wat Concordia gedurende tientallen jaren heeft betekend voor het culturele leven in Breda, thans blijkt deze schouwburg een ernstige hindernis te zijn voor de verdere ontwikkeling van dit culturele leven. Het is begrijpelijk, dat de directie van Concordia, daarbij gesteund door de plaatselijke pers, het uitgaande publiek van Breda er van tracht te weerhouden de nieuwe schouwburg in Tilburg te bezoeken. Dit streven lijkt echter vergeefs te zijn, daar reeds tal van Bredanaars de voorstellingen in Tilburg plegen bij te wonen. Verschillende Bredase vereni gingen organiseren voor hun leden zelfs een gezamenlijk bezoek aan voorstel lingen in de Tilburgse schouwburg. Breda plukt hier wel de zeer wrange vruch ten van een beleid, dat jarenlang de schouwburgkwestie heeft veronachtzaamd en zelfs nu nog niet weet welke weg daarin definitief gevolgd zal worden. Het is verheugend, dat de deprimerende situatie ten opzichte van de schouwburg Concordia en de daarin plaatsvindende manifestaties, zij het voor een deel, een tegenwicht vindt in de goede gang van zaken bij het gemeentelijk cultureel centrum De Beyerd. Kunnen burgemeester en wethouders mededelen hoever de voorbereidingen voor de bouw van een nieuwe schouwburg thans gevorderd zijn? Onder verwijzing naar de mondelinge begrotingsbehandeling van het vorig jaar zou thans gaarne worden vernomen hoe het staat met de plannen voor verbouwing van de schouwburg Concordia. Zijn deze plannen inmiddels bij het college van burgemeester en wethouders ingediend?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1961 | | pagina 1332