-8-
GaS~. ;,tATER- EN B LEKTRICI TE ITSBEDRI J?
Algemeen
Een nota inzake de gastarieven zal U binnenkort worden aangeboden; daarbij zal
worden voorgesteld over te gaan tot wijziging dezer tarieven.
Daarna zal een aanvang worden gemaakt met het samenstellen van een rapport in
zake de elektriciteitstarieven en daarna zullen de watertarieven worden herzien.
In de gasnota zal een overzicht worden opgenomen van de winst per eenheid gas
voor de verscheidene deelmarkten; dergelijke gegevens zullen ook t.z.t. in de
elektriciteitsnota en in de waternota worden opgenomen.
Bij het gemeentelijk gas-, water-en elektriciteitsbedrijf is het de gewoonte
alle brieven te eindigen met "hoogachtend".
De bedoelde "dreigbrieven" wijzen de verbruikers op de gevolgen die aan niet
tijdige betaling verbonden zijn; van dreigen is daarbij geen sprake.
Alleen concrete klachten over het optreden van personeel kunnen worden onder
zocht; een algemene aanduiding biedt geen mogelijkheid daartoe en is boven
dien kwetsend voor het korps als geheel.
Baten
volgnr. 1
Wij zijn van mening, dat bij het beheer der gemeentelijke takken van dienst
wel degelijk de bedrijfseconomische beginselen in acht worden genomen. Daar
naast wordt gestreefd naar een bedrijfspolitiet, die commercieel verantwoord
is. De monopoliepositie der energiebedrijven en de plaats die de prodxikten
daarvan in het behoeftepatroon innemen maken het noodzakelijk dat aan het sociale
aspect voldoende aandacht wordt geschonken. Dit behoeft een zakelijk gerichte
bedrijfsvoering overigens niet te doorkruisen. Van een "uitermate gevaarlijke"
invloed van het tot nu toe gevoerde beleid met betrekking tot de bedrijven is
ons niet gebleken.
De kosten van de elektrische straatverlichting worden als volgt aan de algemene
dienst in rekening gebracht:
1e. de kostprijs per kWh;
2e. de werkelijke lasten wegens afschrijving en rente;
3e. de onderhoudskosten.
De posten bedoeld onder 2 en 3 worden in de begroting verantwoord onder de
volgnos. 13a, 13b en 13c (zie bijlage B).
Aangezien de loon- en salarisposten verband houdende met de werkzaamheden,
verbonden aan het instandhouden van de straatverlichting, op de onderhouds
kosten van de straatverlichting worden verantwoord, worden dus ook alle ande
re lasten dan die van de inkoop aan de algemene dienst in rekening gebracht.
Bij de oorspronkelijke opzet van de begroting werd aanvankelijk uitgegaan van
een lagere kolenprijs dan 47,50 per ton. Verzuimd werd echter het tarief
voor de straatverlichting te herzien op een kolenprijs van 47,50 per ton,
waardoor de opbrengst van de straatverlichting thans 1.600,- te laag is
geraamd. Opgemerkt wordt, dat de kolenprijs de neiging vertoont te dalen
tot 47,- per ton, waardoor naar alle waarschijnlijkheid de inkoopprijs
in 1962 lager zal komen te liggen dan 5,53185 cent per kWh. In elk geval
zal t.z.t. de juiste prijs in rekening worden gebracht.
And.ers dan bij de tarieven van de kleinverbruikers is in de tarieven voor