-39-
Premiewoningen
Woningbouwve renigingen
52 woningen Hoge Vucht Woningbouwvereniging St. Joseph.
Particulieren;
80 etagewoningen Blauwe Kei van de N.V. Panagro
160 etagewoningen aan de Marialaan van het bouwbedrijf P.K. van Eijkelenburg
50 eengezinswoningen aan de Palmstraat en omgeving van de bouwmaatschappij
W. Coppelmans
24 etagewoningen a.d.Fatimastr.van C.Bos,Bouw- en Aanneming Mij.
80 eengezinswoningen Hoge Vucht en Van Vliet en Van Duist's Bouwbedrijf N.V.
Er zijn in Breda geen en voor zover ons bekend elders in den lande weinig z.g.
efficiënte woningen (met verhoogde rijksbijdrage) gebouwd. Wel werd en wordt
ernstig getracht om tot dit doel te geraken. Ook voor 1962 zal aandacht aan
de bouw van z.g. efficiënte woningen worden besteed, doch wij hebben te dien
aanzien, mede op grond van de opgedane ervaring, hoegenaamd geen verwachting.
De gemeente bezit geen woningwetwoningen welke vóór 1930 zijn gebouwd.
De bouwverenigingen bezitten de navolgende vóór 1930 gebouwde complexen t.w.s
R.K. Bouwvereniging "St.Joseph"
oud
206 woningen van Meterenstraat e.o.
ca. 41
jr.
R.K. Bouwvereniging "St. Laurentius"
18 woningen Gaffelstraat
ca. 39
jr.
12 woningen Ploegstraat
ca. 41
jr.
Algemene woningbouwvereniging
30 woningen van Vlietstraat e.o.
ca. 38
jr.
N.V. Volkshuisvesting
239 woningen Fellenoordstraat e.o.
ca. 41
jr.
85 woningen Wassenaarstraat e.o.
ca. 41
jr.
71 woningen Weerijssingel/van Vlietstraat
ca. 42
jr.
De woningbouwverenigingen dragen uiteraard eigen verantwoordelijkheid voor het
onderhoud. Voornoemde woningen verkeren, gezien hun ouderdom, nog in redelijk
goede staat. Aan de 239 woningen van de II.V. Volkshuisvesting zijn onlangs nog
verschillende verbeteringen aangebracht, ondanks het feit, dat deze in een sa
neringssector gelegen woningen binnen niet al te lange tijd zullen moeten wor
den geamoveerd.
Overigens wordt opgemerkt, dat bij het aanbrengen van verbeteringen, in de ge
vallen, waarin de bouwconstructie en de indeling van de woningen zulks toelaten,
en welke een meerder gerief voor de bewoners met zich brengen, de kosten door
een huurverhoging moeten worden gedekt, hetgeen een reden voor de bewoners kan
zijn een dergelijke verbetering niet te wensen.
Het ligt in onze bedoeling de sociografische dienst te verzoeken per 1 februari
1962 wederom een overzicht te maken van het aantal woningzoekenden, verdeeld
over de categoriën, zoals thans verzocht wordt. Het lijkt ons noodzakelijk
1 februari als peildatum aan te houden, omdat dit van belang is voor het ven-
krijgen van vergelijkingsmateriaal.
Als woningzoekende wordt ingeschreven;
a. het hoofd van het gezin, dat geen of te weinig woonruimte heeft;
b. het hoofd van het gezin, dat om medische redenen behoefte heeft aan andere
woonruimte
c. hij die in het huwelijk wenst te treden;
d. het hoofd van het gezin, dat in een andere plaats woont, doch economisch
