-67- H00FD3TUK IX MAATSCHAPPELI JEE STEUU EN VOORZORG Algemeen Over de resultaten van een landelijke enquête betreffende de gemeentelijke bejaardenzorg zijn door geen der leden van het op 30 oktober 1961 gehouden forum mededelingen gedaan. Wel is hierover gesproken door een der aanwezigen in de zaal. Overigens merken wij op, dat ons niet bekend is, dat deze enquête is gehouden. Sedert wij onze verontrusting uitspraken over het gebrek aan en de bereidheid tot samenwerking op maatschappelijk terrein (juli 1960) hebben wij kunnen con stateren dat in de particuliere sector voortdurend beraad plaats vindt teneinde te komen tot een betere coördinatie en daardoor tot een meer verantwoord doel matig beleid. In dit overleg wordt ons college herhaaldelijk betrokken. Wij verwachten dat dit beraad in de loop van 1962 zal resulteren in een of meerdere nota's betreffende het te voeren beleid. Aangezien het krachtens raadsbesluit van 15 juni 1955 mede tot de taak van de burgerlijke instelling voor maatschappelijke zorg behoort "het doen verlenen van geneeskundige verzorging aan hen, die een verzoek daartoe hebben gedaan, een en ander met inachtneming van de betrekkelijke artikelen van de armenwet" zijn deze kosten thans in de begroting van de instelling geraamd. Dit geldt eveneens voor de kosten van de verpleging van geesteszieken. De ramingen op de volgnummers 435, 439, 441, 634, 636, 638, 640, 640a en 642 van de begroting van de algemene dienst komen hierdoor te vervallen. Hiertegenover staat echter een aanmerkelijke verhoging van de raming op volg nummer 646 "subsidie aan de burgerlijke instelling voor maatschappelijke zorg". Op dit volgnummer zijn thans geraamd: a. de netto kosten der diverse vormen van hulpverlening en de algemene kosten van de instelling; b. de netto kosten der geneeskundige voorzieningen; c. de netto kosten der verpleging van geesteszieken. De verhoging is als volgt te specificeren: 1 hogere kosten van de diverse vormen van hulpverlening en algemene kosten 2. overneming van de kosten van geneeskundige voorzieningen 3. overneming van de kosten van verpleging van geesteszieken volgno. 620 Ingevolge de voorschriften betreffende de inrichting van de begroting van in komsten en uitgaven van de gemeenten, vastgesteld bij koninklijk besluit van 8 september 1931, staatsblad no. 395, is dit een voorgeschreven post. Bijzondere hulpverleningsregelingen Uitgaven volgno. 658 Er werden via de regeling hulpverlening beeldende kunstenaars in elk der jaren 1959 en 1960 2 kunstenaars geholpen. In eerstgenoemd jaar werden 7, in laatstgenoemd jaar 9 kunstwerken op grond van bedoelde regeling aangekocht. 327.380,- 59.200,- f 764.975,- ƒ1.191.595,-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1961 | | pagina 1407