gemeente Breda
bij volgno. 9 der agenda
Toelichting behorende bij het voorstel van
burgemeester en wethouders op aanvragen ex
artikel 72 van de lager onderwijswet 1920
(bijlagen 1961, no. 9
Ad. 1De bestaande houten vloeren van de klaslokalen en de hoofden- en
onderwijzerskamer zitten vol naden, aangezien de vloerdelen smal zijn;
stofvrij houden der ruimten is daardoor onmogelijk, hetgeen de hygiëne
in de klassen niet verhoogt. Daar-naast gaan de vloeren splintering ver
tonen, hetgeen niet van gevaar is ontbloot. Bovendien veroorzaken de
houten vloeren storing in de klaslokalen.
Ad2Het huidige meubilair is totaal versleten en verouderd., vervanging
is dan ook nodig. Artikel 72 der lager onderwijswet 1920 biedt hiertoe de
mogelijkheid.
Ad.5. Op grond van artikel 2, lid 5, van het bouwbesluit van 1324 moeten
speelplaatsen van de aangrenzende terreinen en de openbare wegen worden
afgesloten door eenvoudige en doelmatige afscheidingen. Hu rond de speel
plaats der school geen afrastering aanwezig is (en men veel last onder
vindt van de jeugd, die het schoolgebouw beschadigt) ware het verzoek van
het schoolbestuur in te willigen.
Ad.4. De school heeft niet de beschikking over enig gymnastiekleermiddel;
teneinde bij gunstig weer op de speelplaats der school de kinderen lichame
lijke opvoeding te kunnen geven (in dit geval dus niet in een gymnastiek
lokaal), is de aanschaffing van enige gymnastiekleermiddelen nodig.
Ad. 5. tengevolge van de wateroverlast van 5 en 6 december 1960 is de speel
plaats geheel onder water gelopen, waardoor vele verzakkingen zijn ontstaan,
en de speelplaats dus herstraat moet worden. Het betreft hier herstel, geen
gewoon onderhoud zijnde, waarom toepassing van artikel 72 der lager
onderwijswet 1920 juist is.
Ad. 6. Het te vervangen meubilair is van verouderd model en totaal ver
sleten, bovendien is hot model van banken en lessenaars niet bevorderlijk
voor een gezond.e lichaamsgroei. Het meubilair voldoet niet meer aan de
normale eisen; vervanging is dan ock noodzakelijk.