volgno. 6 der agenda -2- Ten aanzien van het bezwaar dat reclamant ontwikkelt in punt 5 van zijn be zwaarschrift tegen de bevoegdheid van burgemeester en wethouders om ontheffing te verlenen van de op de kaart aangegeven bebouwingspercentages merken wij op, dat deze bevoegdheid voldoende wordt gelimiteerd door artikel 16 der bouwver ordening, velk artikel eisen bevat betreffende de oppervlakte van open erven achter gebouwen. Voorts zal eerst na de totstandkoming van een bouwplan de toelaatbaarheid van een bepaald bebouwingspercentage teryvolle kunnen worden beoordeeld. De bezwaren van W.Hammecher en zijn buurman tegen de ontworpen bestemming "ga rageboxen" in de achtertuinen van hun percelen zijn naar onze mening alleszins redelijk, omdat zij niet gaarne het betreffende gedeelte van hun achtertuin wil len missen. Daar bovendien het algemeen belang zich tegen de wijziging niet ver zet ware aan de bezwarentegemoet te komen. Wij stellen U daarom voor; 1a. de reclamant B.Zuid'berg niet ontvankelijk te verklaren in de bezwaren ver meld onder de punten 4 en 7 van zijn bezwaarschrift en overigens zijn be zwaren ongegrond te verklaren; b. de bezwaren van de reclamant W.Hammecher gegrond, te verklaren; 2. in te trekken met ingang van de dag waarop het uitbreidingsplan"Mariaveld 1960" rechtskracht zal hebben verkregen: a. het uitbreidingsplan "Mariaveld 1958"; b. het op de tekening no. 15514 in grijze kleur aangegeven gedeelte van het uitbreidingsplan "Ginneken 1954"; 3. vast te stellen het uitbreidingsplan "Mariaveld 1960" overeenkomstig de te kening no, 15926 met de daarbij behorende bebouwingsvoorschriften en toelich ting, met dien verstande, dat de bestemming "garageboxen" gelegd op het westelijke gedeelte van de percelen plaatselijk bekend Overakkerstraat 258 en 260, kadastraal bekend als gedeelten van het perceel Ginneken sectie I, no, 6464 wordt gewijzigd in "eigen tuinen"; 4. ons te machtigen: a. om enig onderdeel van de grens, de richting of het profiel van een straat nader vast te stellen en dienovereenkomstig de bouw van de bouwblokken te wijzigen, wanneer bij definitieve uitmeting blijkt, dat enige afwijking van ondergeschikte betekenis tot aanpassing van het plan aan het terrein of het bouwplan noodzakelijk is; b. reclamanten in kennis te stellen van hetgeen Uw raad ten aanzien van hun bezwaarschriften heeft overwogen en beslist. Een eventueel afwijkend advies van de afdeling voor openbare werken zal U nog worden medegedeeld. Burgemeester en wethouders van Breda, R.Geuljans burgemeester Walenkamp loco-secretaris

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1961 | | pagina 242