gemeente Breda bij volgno. 15 der agenda toelichting behorende bij het voorstel van burgemeester en wethouders op de aanvrage ex artikel 50 van de kleuteronderwijswet. Op grond van artikel 51 van de kleuteronderwijswet moeten bij een aanvrage tot het ontvangen van de voor de stichting van een schoolgebouw benodigde gelden de navolgende stukken worden overgelegd; a. een verklaring, waaruit blijkt, dat de school bij de opening zal worden bezocht door tenminste 90 kleuters, die de leeftijd van tenminste vier jaren en ten hoogste vijf jaren en zes maanden zullen hebben bereikt, terwijl hun woningen zijn gelegen binnen een cirkel met een straal van drie kilometer, waarvan liet middelpunt is do plaats van de te stichten school b. een verklaring waarbij de instelling of vereniging zich verbindt om, voordat met de bouw wordt begonnen, een bedrag' gelijkstaande met 20,- van de stichtingskosten, in de gemeentekas te stortenj c. een opgave van het aantal kleuters voor wie het gebouw ruimte moot bieden en het aantal lokalen dat het gebouw zal bevatten, d. een verklaring, waaruit blijkt, dat hot schoolbestuur is aangesloten bij een groep bijzondere scholen, welke een commissie van beroep hebben in gesteld. Ad^ _a_. 1 Bij de beoordeling van do hierbedoelde verklaring moet volgens de juris prudentie rekening worden gehouden met hot tijdstip waarop deze school redelijkerwijze gereed zal kunnen zijn. Gezien het stadium waarin do plannen voor de bouw van doze kleuterschool momenteel verkoren achten wij het redelijk om aan te nemen, dat de school circa 2 jaar na de datum van hot raadsbesluit tot verlening van medewerking- geopend lean worden. De ouderverklaring is beoordeeld naar de openingsdatum 1 mei 1363 - 2. Ingevolge artikol 51, 1e lid, sub a van de klouteronderwijswot noot een kleuterschool, in een gemeente met 100.000 ingezetenen of moor bij de opening door tenminste 90 kleuters worden bezocht. Dg kroon heeft ingevolge het tweede lid van artikel 51 der klouteronderwijs- wet bij Koninklijk Besluit van 29 december 1960 nr. 29 bepaald het aantal kleuters voor deze kleuterschool, als bedoeld in artikel 51eerste lid onder a. van de klouteronderwijswet, op 60 te stellen. 3. De ouderverklaring bevat 77 kleuters, die do te bouwen school zullen gaan bezoeken, hiervan dienen te worden afgevoerd; 2 kleuters, omdat d,.ze kinderen op 1 mei 1965 te jong zijn (nrs. 21 en 22) en 1 kleuter, omdat dezv- op 1 mei 1965 te oud is (nr. 11 Door hot schoolbestuur is mitsdien een ouderverklaring overgelegd welke 74 kleuters bevat, die mogen worden medegoteld. Gezien hetgeen in voornoemd K.B. is bepaald moet het aantal van 74 kleuters voor bedoelde kleuterschool voldoende worden geacht. Ad b. .c en d_. De stukken voldoen aan do gestolde voorwaarden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1961 | | pagina 462