gemeente Breda Bijlagen 1 961
aan de raad der gemeente Breda.
volgno. 16 der agenda
no. 255
10 mei 1961
Voorstel van burgemeester en wethouders tots
I. voorlopige vaststelling van de exploita
tiekosten van het openbaar kleuteronder
wijs over het jaar 19601
II. voorlopige vaststelling van de exploita
tiekosten van het openbaar kleuteronder
wijs over het vijfjarig tijdvak 1956—
1960.
Ingevolge het bepaalde in artikel 47 van de kleuteronderwijswet dient Uw
raad voor 1 december 1961 de exploitatie-kosten per kleuter en per lokaal
van de openbare kleuterscholen over 1960 voorlopig vast te stellen.
Zoals uit bijgaand concept-besluit moge blijken zijn de exploitatiekosten
in 1960 beneden de vergoedingsbedragen per lokaal en per kleuter gebleven,
zoals deze door de staatssecretaris van onderwijs, kunsten en wetenschap
pen voor dat jaar zijn vastgesteld op respectievelijk 835,- en 12,20.
De in dit concept-besluit opgenomen cijfers zijn ontleend aan de in aan
merking komende posten zoals die in de gemeente-rekening 1960 worden op
genomen.
Daar 1960 het laatste jaar is in het vijfjarig tijdvak 1956-1960 dient Uw
raad in bedoeld besluit tevens voorlopig vast te stellen het totaal van de
uitgaven voor de openbare kleuterscholen in dit tijdvak; alsmede het to
taal van de door de minister van onderwijs, kunsten en wetenschappen be-
schikbaar gestelde bedragen over dit tijdvak? hieruit resulteren eventuele
overschrijdingsbedragen per lokaal en per kleuter.
Deze voorlopige vaststelling van de exploitatiekosten over het vijfjarig
tijdvak 1956-1960 is van belang omdat hieruit-op grond van de financiële
gelijkstelling tussen het openbaar en bijzond.er kleuteronderwijs - voor
het bijzonder kleuteronderwijs consequenties voortvloeien;in artikel 73,
3e lid van de kleuteronderwijswet is nl. bepaald, dat - in geval van
overschrijding bij het openbaar kleuteronderwijs - de gemeente in het jaar
volgende op dat waarin de gemeenterekening 1960 is vastgesteld, aan de
bijzondere kleuterscholen het eventueel overschrijdingsbedrag per lokaal
en/of per kleuter uitkeert, berekend naar het gemiddeld aantal lokalen
en/of kleuters in het vijfjarig tijdvak.
Uit bijgaand concept-besluit moge U blijken, dat het bedrag van de uitgaven
per kleuter in genoemd vijfjarig tijdvak beneden de rijksvergoeding is ge
bleven; de uitgaven per lokaal geven evenwel een overschrijding te zien
van 220,68 per lokaal.
Door de o.i. lage rijksvergoedingsbedragen voor de jaren 1956 t/m 1960 -as