bij volgno. 15 der agenda -4~ Artikel 16. 1 De erfpachter kiest, met betrekicing tot het erfpachtsrecht, woonplaats binnen de gemeente Breda, ten kantore vanjïe notaris ten overstaan van wie de erfpachts akte wordt verleden. 2. Ingeval van overgang van het erfpachtsrecht sal woonplaats gekozen moeten worden binnen de gemeente Breda, bij een getekende verklaring als bedoeld in artikel 15 sub 1. 3. Zolang de keuze van een andere woonplaats binnen de gemeente Breda niet ter ken nis is gebracht van burgemeester en wethouders bij deurwaardersexploit of door opneming van de nieuwe gekozen woonplaats in een verklaring als bedoeld in het tweede lid, blijft de oude gekozen woonplaats gelden en wordt de erfpachter ge acht aldaar woonplaats gekozen te hebben. Artikel 17. 1 Het verlijden van akten, houdende splitsing of andere wijziging van hot erf pachtsrecht, moet geschieden ten overstaan van een in de gemeente Breda stand plaats hebbende notaris, aan te wijzen door burgemeester en wethouders. 2. Aan de gemeente moet een eerste grosse uitgegeven worden van akten, als be doeld in het eerste lid. 3. De kosten en rechten wegens splitsing of andere wijziging ven het erfpachts recht en wegens een daartoe te verrichten kadastrale opmeting, alsmede de kos ten en rechten wegens de uitgifte van de grossen, komen ten laste van de erf pachter. Artikel 16. 1 Wanneer het erfpachtsrecht met hypotheek is bezwaard, zullen de bepalingen van de artikelen 14, 2e alinea 20,21,22,23 en 24 voor zoveel deze op de hypotheek houder betrekking hebben, slechts van toepassing zijn indien de hypotheekhouder het in de openbare registers ingeschreven borderel aan burgemeester en wethouders heeft getoond en bij deze een authentiek afschrift van de akte van hypotheekver lening met een afschrift van het borderel heeft ingeleverd, alsmede oen geteken de verklaring, opgemaakt volgens door burgemeester en wethouders vast te stellen formulier, waarbij de hypotheekhouder te kennen geeft van de in deze voorwaarden ten behoeve van hypotheekhouder opgenomen voorschriften gebruik te maken en erin toe te stemmen dat kennisgevingen, ingevolge die voorschriften aan hem te doen geschieden aan de werkelijke woonplaats of aan de bij de inschrijving der hypo theek gekozen woonplaats, ter keuze van de gemeente. 2. Het inleveren van de bedoelde verklaring kan alleen blijken uit een door bur gemeester en wethouders afgegeven bewijsstuk. 3. Het bepaalde bij het eerste en tweede lid van dit artikel en het derde lid van artike1 21, is niet van toepassing op de gemeente, ten aanzien van hypotheken, waarvan zij houdster is. 4. De hypotheekhouder, die aan het in lid 1 van dit artikel bepaalde gevolg geeft, verplicht zich aan burgemeester en wethouders kennis te geven van het te niet- gaan of van doorhaling der hypothecaire inschrijving. Artikel 19. 1 Indien de canon niet betaald is binnen 8 dagen na de vervaldag, kan bovendien door burgemeester en wethouders een boete worden geheven bedragende voor elke maand vertraging, gerekend vanaf de vervaldag, één ten honderd van het bedrag van het achterstallige. Een gedeelte van een maand wordt voor een volle maand gerekend, 2. Wegens het niet voldoen aan enige verplichting de erfpachter opgelegd bij of krachtens de artikelen 6,8,10,11,12,13,14,15,24 on 27 dezer voorwaarden, kun nen burgemeester en wethouders hem een boete opleggen van ten hoogste duizend gulden, te betalen binnen dc daarbij door hen gestelde termijn.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1961 | | pagina 683