qemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
v/20239
volgno, 5a der agenda
Bijlagen 1961
no548
4 oktober 1961
Voorstel van burgemeester en wethouders tot wij
ziging van het onteigeningsplan Vestkant - Haag-
weg.
Voor de realisering van de doorbraak Vestkant - Haagweg, de verbreding en ver
legging van de Vestkant en de afronding van het Dr.Jan Ingen Houszplein heeft
Uw raad op 23 november 1960 het onteigeningsplan Vestkant - Haagweg vastge
steld, o.a. gebaseerd op de ter plaatse geldende bijzondere voorgevelrooilij
nen.
Enige van de in dit plan opgenomen percelen, to weten de nos, 23a, 28, 29 en
30 - op de voor U tor visie gelegde tekening no. 15905B aangegeven - zijn
bf onbebouwd bf bezet met opstallen die achter de rooilijn staan.
Gebleken is dat het departement van volkshuisvesting en bouwnijverheid van
oordeel is dat voor deze gronden het door dc- onteigeningswet in artikel 77,
1e lid sub 5, vereiste verband mot do vaststelling van do voorgevelrooilijn
niet aanwezig is, omdat voor realisering van de rooilijn aldaar onteigeiing
niet noodzakelijk is.
Teneinde de goedkeuring van het plan niot in gevaar te brengen, achten wij
het het boste deze percelen uit do onteigening te lichten en wij stellen U
mitsdien voor het besluit te nomen, hetwelk in ontwerp voor U ter inzage is
nedergelegd.
Verkrijging van de gedeelten van dc onderhavige eigendommen die voor de uit
voering van het in de eerste alinea bedoelde openbaar werk nodig zijn is mo
gelijk op grond van een bouwerbod.
De procedure hiertoe dient aan te vangen met een besluit als bedoeld in ar
tikel 35, lid 1, dor woningwet, waarbij wordt bepaald, dat genoemde percelen,
voor zover gelogen vóór do tor plaatse geldende voorgevelrooilijn, in de naas
te toekomst bestemd zijn voor straataanleg. Wij bieden U hedai hiervoor een
afzonderlijk voorstel aan.
Een eventueel afwijkend advies van de afdeling voor openbare werken zal U nog
worden medegedeeld.
Burgemeester en wethouders van Breda
R. Geuljans
burgemeester
Van Wocnsel
secretaris