_3_ bij volgno.42 der agenda 4. Hogere onderhoudskosten ten laste van de algemene dienst 29.986,42 5. Andere uitgaven a, de uitgaven voor subsidies zijn beneden de ramingen gebleven 29.588,81 b. terugontvangst te veel betaalde sub sidies 10.651.16 Cr 40.219,97 c. diversen 115.298,03 d, hogere uitgaven op posten welke slechts administra tieve betekenis hebben 282.475.01 6. Hogere opbrengst belastingen 162,543,02 7. Hogere winstuitkeringen van de bedrijven 58.291,59 8. Hogere opbrengst van rente over eigen kapitaal en reserves 170.720,73 9. In de rekening 1959 is niet verwerkt de geraamde beschikking over l/30e deel van de algemene en saldi-reserve Cr 116,630,- 10. Hogere opbrengst uitkeringen gemeentefonds 191533837 restitutie teveel ontvangen uitkerin gen gemeentefonds 599.354.70" ƒ1.315.983,67 11. Andore inkomsten 196.729,96 12. Hogere inkomsten op posten welke slechts administratieve betekenis heb- ben 232.475.01 97.478,52 ƒ2.070.'113.98 ƒ1.972.635,46 In de wet van 14 april 1960, stbl.160, tot wijziging van de middelbaar on derwijswet, de hoger onderwijswet en de wet van 15 juli 1929, stbl.388 (Financiële Verhoudingswet) is een regeling van de kostenvergoeding voor gemeentelijke scholen voor voorbereidend hoger en middelbaar onderwijs op genomen. Deze regeling werkt terug tot 1 januari 1959. De opzet van deze regeling is, behoudens enkele uitzonderingen, niet een vergoeding van de werkelijk door de gemeenten gedane uitgaven, maar een vergoeding van personele, exploitatie- en kapitaalsuitgaven volgens nor- men, gebaseerd op berekende uitgaven voor overeenkomstige doeleinden. Het gevolg van de nieuwe vergoedingsregeling is dat de algemene uitkering, die de gemeente uit het gemeentefonds ontvangt, met ingang van 1 januari 1959 een vermindering zal ondergaan. Deze vermindering zal zo worden berekend, dat de gemeente over het jaar 1959 in het algemeen aan uitkering uit het gemeentefonds kostenvergoe ding in totaal hetzelfde bedrag zal ontvangen, dat zou zijn ontvangen als deze vergoedingsregeling niet zou zijn ingevoerd. In verband hiermede zijn de netto-kosten van het middelbaar onderwijs ad 233.728,88 en van het hoger onderwijs ad 218,257,71 als te ver halen opgenomen en is de korting op^Slgemene uitkering tot een gelijk bedrag als nog te betalen opgenomen. Resultaten ven enkele bronnen j~an inkomsten en groepen ven uitgaven Evenals voorgaande jaren geven wij hierna aan de hand van totaalcijfers

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1961 | | pagina 993