Breda bij volgno. 50 der agenda Bezoldigingsregeling ambtenaren 1961 Artikel 1 Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a) ambtenaar: de meerderjarige op wie het algemeen ambtenarenreglement van toepasssing is, en die werkzaam is in een rang, waarvoor het salaris in deze verordening wordt geregeld; b) salaris: het voor de ambtenaar geldende bedrag van de op zijn rang be trekking hebbende salarisschaal; 0) wedde: het salaris, vermeerderd met de vaste toelagen, bedoeld onder e; d) bezoldiging: het salaris vermeerderd met alle toelagen waarop ingevolge deze verordening aanspraak bestaat; e) vaste toelage: een op grond van deze verordening verleende toelage welke in aanmerking komt voor opneming in de pensioensgrondslag. Artikel 2, 1De rangen van de ambtenaren en de voor die rangen geldende salarisscha len en eisen in het algemeen werden in de bijlagen van deze verordening geregeld, 2. In afwijking van het bepaalde in lid 1 regelen burgemeester en wethouders de rangen, voor welke de salarisschalen van bijlage B gelden. 3. De in artikel 7 en in de bijlage A tussen haakjes vermelde bedragen gelden alleen voor de ambtenaren, die vóór 1 december 1959 zijn benoemd. 4. Burgemeester en wethouders kunnen aan een bepaalde ambtenaar als aanvul ling van een rang cf in de plaats van de daarbij aan te geven rang een titel toekennen, waarmede zijn werkkring wordt aangeduid, 5. Burgemeester en wethouders bepalen de rang en/of het salaris van de amb tenaar met een gedeeltelijke dag-, week- of jaartaak op basis van het door hen te bepalen gedeelte van het salaris volgens lid 1 6. Burgemeester en wethouders regelen het salaris van het vrouwelijk perso- neël voor huishoudelijke diensten. 1 Artikel 3. 1Het salaris van de ambtenaar wordt bij voldoende bekwaamheid, geschikt heid en dienstijver en ook tijdens het verlof, hetwelk de ambtenaar geniet ter vervulling van militaire of daarvoor in de plaats tredende dienst,tel kens na een dienstjaar in dezelfde rang, doch, indien de salarisschaal ver hogingen na meer dan een dienstjaar aangeeft, telkens na die dienstjaren in dezelfde rang, verhoogd tot het bedrag, dat in de betreffende schaal is aan gegeven, totdat het maximum-salaris van de schaal is bereikt. 2, De periodieke verhogingen gaan in op de eerste januari, 3» Voor de toekenning van een periodieke verhoging aan een ambtenaar, die in de loop van een kalenderjaar wordt aangesteld of bevorderd, wordt de tijd die verlopen is van de dag van ingang van zijn aanstelling of bevordering tot de eerste januari daaraanvolgende voor een dienstjaar gerekend ofwel buiten rekening gelaten, naar gelang de aanstelling of bevordering voor of op 1 juli dan wel na 1 juli is ingegaan,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1962 | | pagina 107