volgno. 4 der agenda -2- Nu voorts uit het bezwaarschrift blijkt, dat adressant zich en zijn gezin zonder voormeld perceel geen behoorlijk bestaan zou kunnen verschaffen en onteigening van het hiervoor omschreven terrein ter grootte van 4550 in2, hoewel wenselijk, niet strikt noodzakelijk moet worden geacht, komt het ons wenselijk voor deze oppervlakte niet te onteigenen. Er zal naar worden gestreefd adressant, zo mogelijk door middel van ruiling, tot vrijwillige overdracht van zijn grond aan de gemeente te bewegen. De waarnemend inspecteur van de volksgezondheid, wiens advies wij inge volge wettelijk voorschrift hebben ingewonnen heeft bij ons schrijven van 21 december 1961, no. 1221701 medegedeeld, dat hij tegen het voor lopig goedgekeurde plan geen overwegend bezwaar heeft, doch dat het de voorkeur verdient te trachten adressants terrein langs minnelijke weg te verkrijgen. Zoals hierboven opgemerkt zijn wij hiertoe bereid,doch wij achten het niet verantwoord de verwerving van de 180 m2 voor wegaanleg bestemd uitsluitend te laten afhangen van het bereiken van een akkoord met adressant. Mitsdien stellen wij U voor: I. het bezwaar van J, Franken voor zover gericht tegen de onteigening van bovengenoemde oppervlakte van 4550 m2 gegrond te verklaren en voor het overige van de hand te wijzen; II. teneinde uitvoering te kunnen geven aan het uitbreidingsplan "de Krogten 1960" - behoudens het hierna sub III bepaalde - in het be lang van de volkshuisvesting ten name van de gemeente Breda te ont eigenen de percelen en perceelsgedeelten aangegeven op tekening no. 15836 en vermeld op de daarbijbehorende lijst van eigenaren welke alle in het bij Uw besluit d.d. 13 september 1961 voorlopig goedgekeurde onteigeningsplan zijn begrepen; III. niet te onteigenen het perceel gemeente Breda sectie C, no. 1203, voor zover in gele kleur aangegeven op tekening no. 15836 A IV, in de onteigeningsprocedure het feitelijk in het bezit van de gemeente stellen van de onder II bedoelde percelen en perceelsgedeelten over eenkomstig de bepalingen vervat in artikel 54a e.v. der onteigenings wet te vorderen. Ben eventueel afwijkend advies van de afdeling voor openbare werken zal U nog worden medegedeeld. Burgemeester en wethouders van Breda, R, Geuljans burgemeester. Van Woensel secretaris. Ter visie in de raadzaal.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1962 | | pagina 125