volgno. 34 der agenda
-4-
Ter bepaling welke wegen aan het vermelde begrip "intercommunale weg" beant
woorden is een intercommunaal-wegenplan opgemaakt; de betreffende kaart is
ter visie gelegd.
Kosten groenstroken.
Die van stroken gelegen langs de intercommunale wegen komen ten laste van de
algemene dienst; alle overige, dus langs wijk- en interwijkwegen ten laste
van het grondbedrijf.
Kosten parken, "plantsoenen en vijvers.
Zijn ten laste van het grondbedrijf te brengen tenzij het betreft een park
dat kennelijk als een stadspark (in tegenstelling tot wijkpark of plantsoen)
is aan te merken. Ken stadspark komt geheel ten laste van de algemene dienst.
Als vergelijkingsobjecten voor wat eventueel als stadspark zou moeten worden
aangemerkt kunnen worden genoemd: van Sonsbeeckpark, Wilhelminapark en VaJen-
berg.
Uit vorenstaande vergelijkingsobjecten zal blijken dat slechts in sporadische
gevallen parken zullen worden aangelegd die de belangen van een wijk of kwar
tier te boven gaan.
Kosten speeltuinen.
De kosten van de ondergrond en eventuele verharding zijn ten laste van het
grondbedrijf te brengen, die der speelwerktuigen ten laste van de algemene
dienst.
Kosten rioleringen.
De hoofdriolen van de centrale afvoerleiding en de rioolgemalen komen voor
rekening van de algemene dienst; alle overige rioleringskosten voor het grond
bedrijf.
Kosten bruggen.
Voor de algemene dienst die,welke gelegen zijn in het intercommunaal wegen
plan; eventueel andere komen ten laste van het grondbedrijf.
Andere kunstwerken dan bruggen.
Voor de algemene dienst diewelke een onderdeel vormen van het rijks- of inter
communaal wegenplan of het hoofspoorplan; voor het grondbedrijf alle overige.
Bestaande straten.
Het komt voor dat als gevolg van nieuwe uitbreidingsplannen bestaande - reeds
verharde - wegen of straten moeten worden verbreed of vernieuwd; de kosten
hiervan zijn ten laste van het grondbedrijf behoudens voor dat deel der straat
dat ten dienste van de reeds bestaande bebouwing strekt. Als er dus reeds
aaneengesloten bebouwing is moet er een verdeling der vernieuwingskosten
worden gemaakt ten einde de algemene dienst en het grondbedrijf overeenkomstig
die verdeling te kunnen belasten.
Wegbreken bestaande bebouwing.
De kosten hiervan dienen in het algemeen ten laste van het grondbedrijf te
komen. Indien er echter grotere afbraken moeten plaats hebben die kennelijk
voor verkeers- of wijksanering dienen, moet er een saneringsplan worden
opgemaakt. In de kosten van dergelijke saneringsplannen kan door het rijk
worden bijgedragen. Overigens komen zij ten laste van het grondbedrijf B
en beïnvloeden dan niet de grondprijs in de nieuwe uitbreidingsplannen.
Hier dient nog opjgemerkt te worden,dat in de kosten die volgens bovenstaande
richtlijnen ten laste van de algemene dienst komen door het grondbedrijf