gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
volgno. 8 der agenda
Bijlagen 1962
no. 259
6 juni 1962
V/7836
Voorstel van burgemeester en wethouders tot vast
stelling van het uitbreidingsplan "Princenhage-
Noord 1962".
I11 de raadzaal is voor Uw raad in ontwerp ter visie gelegd een plan tot par
tiële herziening van het geldende uitbreidingsplan in onderdelen "Princenhage-
Noord", met de daarbijbehorende bescheiden waaronder een toelichting, waar
naar wij U kortheidshalve mogen verwijzen.
Dit herzieningsplan is ingaande 16 april 1962 gedurende vier weken ter inzage
gelegd ter gemeentesecretarie-. De ter visielegging is op de gebruikelijke
wijze aan de ingezetenen bekend gemaakt en is voorts aangekondigd in de plaat
selijke dagbladen "De Stem" en "De Bredasche Courant",
Tegen het ontwerp-plan zijn bezwaarschriften ingekomen van de volgende belang
hebbenden
1. G.B.Olislagers, Liesboslaan 20 te Breda, eigenaar van de percelen kadas
traal bekend gemeente Princenhage sectie F, nos„ 1300 en 1536
2. J.Franken, Heilaarstraat 91 te Breda, pachter van het perceel kadastraal
bekend gemeente Princenhage sectie 0, no. 1002,
welke terreinen in kleur zijn aangegeven op de mede voor Uw raad ter inzage
gelegde tekening no. 32104 A. Beide bezwaarschriften zijn tijdig, dit is bin
nen de wettelijke termijn ingekomen, zodat reclamanten ontvankelijk zijn in
hun bezwaren.
Het eerste bezwaar van reclamant sub 1 richt zich tegen de plaats van aan
sluiting van de Ettensebaan op de Liesboslaan op aan derden in eigendom toe
behorende percelen, waardoor hij vreest dat hot landelijke en rustige karak
ter van zijn landhuis zal verdwijnen en de verkoopwaarde en het woongenot
zullen dalen.
Zijn bezwaren richten zich tegen de gevolgen van het uitbreidingsplan, waar
voor appellant eventueel een beroep kan doen op de schadevergoedingsverorde
ning welke wij op dit plan van toepassing verklaard wensen te zien.
Bovendien is de Liesboslaan altijd een van de invalswegen van Breda geweest.
Hoewel deze weg tengevolge van de aanleg van de Beeksebaan enigszins aan be
tekenis heeft ingeboet, kan toch niet voor de aanwonenden, waaronder recla
mant, van een landelijke rust worden gesproken. Ook door de aanlog van de
Ettensebaan overeenkomstig het geldende plan, waartegen betrokkene niet ge
protesteerd heeft, zou het verkeer in de Liesboslaan, met name vanaf de ge
projecteerde uitmonding van dc- Ettensebaan op de Liesboslaan tot aan de Beek
sebaan, zijn toegenomen.