volgno. 8 Aer agenda -2- Vervolgens maakt hij bezwaar tegen de bestemming "kleine bedrijven" in plaats van "openbaar groen" op een gedeelte van het terrein dat naast zijn woning ligt. Volgens het geldende plan Princenhage-Noord is deze grond echter reeds bestemd voor bebouwing met eengezinshuizen. Het maken van een benzineverkooppunt ter plaatse zonder dat een gebouwtje waarvoor een bouwvergunning vereist is, wordt opgericht, kan overigens op grond van het uitbreidingsplan niet worden tegengegaan. Aangezien ook overi gens de gewraakte bestemming adressants eigendommen onverlet laat, zijn wij van mening dat zijn belangen als gevolg van deze wijziging niet onevenredig worden geschaad. Zo nodig kon hij vragen hem een tegemoetkoming ingevolge genoemde schadevergoedingsverordening toe te kennen. Zijn bezxvaren dienen der halve ongegrond te worden verklaard. Beclamant sub 2 heeft bezwaren van financiële aard als gevolg van de plan wijziging en heeft destijds tegen het uitbreidingsplan "Princenhage-Noord", waarin zijn perceel de bestemming heeft van bijzondere oebouwing en bebouwing A met eigen tuinen, geen bezwaren ingediend. In het ontwerp-plan is dit per ceel in zijn geheel bestemd voor bijzondere gebouwen en kan voor de realise- ring van deze bestemming niet worden gemist. Bij aankoop of onteigening kan hij zijn schade stellen. Zijn bezwaar dient eveneens ongegrond te worden verklaard. Op grond van het vorenstaande stellen wij U voor: I. de door reclamanten ingediende bezwaren ongegrond te verklaren; il. vast te stellen het uitbreidingsplan in onderdelen "Princenhage-Noord 1962", zoals aangegeven op de ter visie gelegde tekening no. 32104 met de daarbijbehorende toelichting; III. voor zoveel nodig op het sub II bedoelde plan van toepassing te verkla ren de bebouwingsvoorschriften behorende bij het uitbreidingsplan "Princenhage-Noord", met dien verstande, dat niet van toepassing zijn: 1in artikel 7 het zinsdeel"naar het oordeel van burgemeester en wet houders"; 2. in artikel 15, sub 2, de zin "t.a.v. de plaatsing op het erf kunnen nadere eisen worden gesteld"; 3^ in artikel 19, sub c, de zinsnede "indien zulks uit het oogpunt van welstand verantwoord is te achten"; IV. de "schadevergoedingsverordening gemeente Breda" op dit uitbreidingsplan van toepassing te verklaren. Een eventueel afwijkend advies van de afdeling voor openbare werken zal U nog worden medegedeeld. Burgemeester en wethouders van Breda, H.Geuljans burgemeester. Van Woensel secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1962 | | pagina 427