gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Volgno. 41 der agenda
Bijlagen 1962
no. 376
16 augustus 1962
P/13411
Voorstel van burgemeester en wethouders tot benoeming-
van de heer V.D.van Cverveldt tot leraar in vaste
dienst in de lichamelijke oefening aan het stede
lijk gymnasium.
In onze vergadering van 1 augustus 1961 hebben wij krachtens het toen geldend
delegatiebesluit de heer W.D.van Overveldt benoemd tot leraar in tijdelijke
dienst in de lichamelijke oefening aan het stedelijk gymnasium voor het school
jaar 1961/1962, als opvolger van dc heer P.van Dorst.
De heer Van Overveldt, die voldoet aan de voor een benoeming in vaste dienst
wettelijk gestelde eisen, heeft aan de gestelde verwachtingen beantwoord en
komt derhalve voor benoeming in aanmerking.
Wij stellen U voor hem met ingang van 1 september 1962 te benoemen tot leraar
in vaste dienst in de lichamelijke oefening aan het stedelijk gymnasium voor
de lessen, welke hij ook in het afgelopen schooljaar heeft gegeven.
De door het college van curatoren over het gymnasium gedane aanbeveling, als
mede het door de inspecteur van het gymnasiaal en middelbaar onderwijs uitge
bracht advies liggen tor visie.
ken eventueel afwijkend advies van de afdeling voor het onderwijs zal U ter
kennis worden gebracht.
Burgemeester en wethouders van Breda,
lï.Geuljans burgemeester.
Van Woensel secretaris.
Koot:
Artikel 17, lid 1, van do hogor-onderwijswot luidt:
De leraren der gymnasia worden benoemd door de gemeenteraad, die vooraf oen
aanbevelingslijst van benoembaren ontvangt, door curatoren, na verhoor van de
inspecteur, wiens advies aan de gemeenteraad wordt overgelegd, opgemaakt