volgno. 26 der agenda
-2-
c. bij Podium werd alvorens de onder b. genoemde handeling toe te passen
eerst l/lO van het bedrag aan contributies afgetrokken voor de neven
activiteiten van de stichting t.w. lezingen en bals.
Het gevolg van deze handelwijze is geweest dat tekorten werden berekend
zonder dat iets bekend was over de werkelijke financiële situatie van de
verenigingen; balansen werden niet opgevraagd.
Het gevolgde systeem kon zowel ten nadele als ten voordele van de vereni
ging werken. Indien immers de onder b. genoemde 2F>% uit contributies niet
geheel nodig was voor "algemene kosten" bleef er een voordelig saldo,
temeer indien een vereniging meer van de zgn, algemene kosten ging bere
kenen in de exploitatiekosten per uitvoering. Indien echter de "algemene
kosten" niet bestreden konden worden uit de 25% uit contributies, bleef
er een nadelig saldo voor de vereniging.
Het feit dat gewerkt werd zonder inzicht in de totale financiële positie
van de verenigingen blijkt, achteraf gezien, dan ook minder gelukkig ge
weest te zijn. Dat bij Podium in de loop der jaren een groter tekort is
ontstaan dan bij de beide andere uitkoopverenigingen, vindt naast boven
genoemde redenen zijn oorzaak in enkele andere omstandigheden.
- Podium heeft in de loop der jaren diverse voorstellingen gebracht met
Concordia. Hoewel hierop afzonderlijk werd gesubsidieerd, bleven meer
dere malen tekorten, vooral door onverkochte plaatsen;
- Podium kan tekorten geleden hebben op de andere activiteiten. Hoe groot
deze zijn, is wegens gebrek aan gegevens niet te berekenen. Dit is te
meer begrijpelijk daar slechts 1/10 van de contributies bestemd bleef
voor deze overige activiteiten (zie boven).
Bij de berekening van de subsidies over 1960/1961 volgens het nieuwe
systeem zou er alleen reeds op basis van de normen a. b. en d. (zie
boven) een bedrag van 6.615,- benodigd zijn. Het totale uitgetrokken
bedrag op de betreffende post is jaarlijks 15.000,-, waarvan nog
3.000,- afgetrokken moet worden voor de jaarlijkse opera (subsidie
Concordia Podium), zodat er beschikbaar is 12,000,-. Hieruit volgt,
dat ter verdeling volgens de subjectieve norm sub c resteert 12.000,-
minus 6.615,- 5.385,-. Indien ook dit gehele bedrag onder de uit
koopverenigingen zou worden verdeeld, dan resteert er bij deze verenigingen
blijkens de ontvangen exploitatiecijfers nog een tekort van 5.109,58
in het totaal.
Wanneer bij toepassing van genoemd systeem dergelijke tekorten blijven
bestaan, kan ook dit stelsel niet als een oplossing gezien worden, af
gezien nog van de onmogelijkheid, om de subjectieve norm in deze om
standigheden zinvol te hanteren.
Blijkens de opgevraagde balansen, waarin het seizoen 1961 1962 reeds is
verwerkt, evenals de voorschotten op de subsidies 1960/1961 en 19611962
zijn er de volgende tekorten gegroeid:
Podium (per 1-7-1962) 10.003,86
Ver. H.K.I(per 31-5-1962) 3.685,54
K.A.B.-Kunstkring (per 31-8-1962) 5.437.72
Totaal tekort 19.127,12.
Over 1960/l961 en 19611962 is in totaal aan voorschotten verstrekt 16.500
voor beide seizoenen was uitgetrokken (met aftrek van de opera's) 24.000
Thans is dus nog voor subsidie beschikbaar 7.500
