gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda,
volgno. 36 der agenda
Bijlagen 1962
no. 512
7 november 1962
P/18242
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
het verlenen van een aanvullend krediet
voor de inventaris van het nieuwe politie
bureau.
Bij de oorspronkelijke raming van de kosten voor de inrichting van het
nieuwe politiebureau is geen rekening gehouden met de kosten van de garage
uitrusting. De ruimtenaangeduid als garage en werkplaats waren bestemd
voor stalling en dagelijks onderhoud van het - op dat moment nog beperkte -
auto- en motorpark van het politiekorps. Het werkelijk onderhoud van dit
auto- en motormateriaal geschiedt door de centrale werkplaats van het ge
meentelijk vervoerbedrijf.
De ontwikkeling sedert het opmaken van deze eerste begroting is snel gegaan
met name op het gebied van de verkeerstechnische controletaak van de ge
meentepolitie. Deze verkeerstechnische taak bestaat vooral uit het onderzoek
van bij verkeersongevallen betrokken motorvoertuigen en preventieve controle
op de rijtechnische kwaliteit van motorvoertuigen. Hiervoor moet de politie
kunnen beschikken over een eigen garageuitrusting omdat de controle moet
geschieden door eigen - onder ambtseed gebonden - ambtenaren. Daarnaast
is de omvang van het motormateriaal van de politie de laatste jaren door
de ver doorgevoerde mechanisatie sterk toegenomen. Het onderhoud blijft
gecentraliseerd bij het gemeentelijk vervoerbedrijf, doch het geringe en
dagelijkse onderhoud is belangrijk toegenomen, terwijl tijdens de weekends,
wanneer de werkplaats van het vervoerbedrijf gesloten is, de politie al
het beschikbare materieel rijvaardig moet kunnen houden.
In verband hiermede stellen wij U voor voor de inventaris van het nieuwe
politiebureau een aanvullend krediet te verlenen van 13.680,- door vast
stelling van de 170e wijziging van de begroting 1962. Voor een nadere spe
cificatie van het gevraagde krediet wordt verwezen naar de voor U ter visie
gelegde memorie van toelichting.
Gezien de beperkte rijksbijdrage op grond van artikel 8 van het politie-
kostenbesluit in de kosten van de bouw van het nieuwe politiebureau kan
dit aanvullend krediet niet worden aangemerkt als een rendabele investering.
De consequentie hiervan is dat de investering ingepast moet worden in het
investeringsplan. Aangezien de betalingsverplichtingen eerst in 1963 vallen
zal het onderhavige krediet worden ingepast in het investeringsvolume
1963, post A.4.2. kleine investeringen.
Een eventueel afwijkend advies van de afdeling voor de financiën uit Uw
raad zal U nog nader worden medegedeeld.
Burgemeester en wethouders van Breda,
R 0 Geuljans
burgemeester
Van Woensel
secretaris.