gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Bijlagen 1962
no. 518
14 november 1962
F/18491
Antwoord van burgemeester en wethouders op het
centraal rapport van het onderzoek van de ge
meentebegroting c.a. voor het dienstjaar 1963»
Algemeen
De waardering welke wordt uitgesproken aan het adres van ons college en het
gemeentepersoneel willen wij gaarne in dank aanvaarden. Wij spreken de ver
wachting uit dat de goede relatie en samenwerking tussen Uw raad en ons
college welke in het verleden is gebleken in de pas aangevangen zittings
periode van Uw raad in nieuwe samenstelling kan worden voortgezet.
Wij blijven voortdurend aandacht besteden aan de vorm waarin de informatie
voor Uw raad wordt gegeven op de talrijke terreinen van gemeentelijke acti
viteit, waarover een beslissing wordt gevraagd. Het stemt ons tot vreugde,
dat volgers Uw opmerking de nota van aanbieding van de begroting 1963 heeft
bijgedragen tot het verkrijgen van een inzicht in de op dit moment weinig
overzichtelijke financiële situatie van de gemeente. Bij de samenstelling
van deze nota is zoveel mogelijk rekening gehouden met het feit, dat een
aantal leden van Uw raad eerst sinds kort direct wordt geconfronteerd met
de financiële problematiek van de gemeente en bovendien op een tijdstip,
dat een beslissing wordt gevraagd over de voortzetting van een financiële
beleidslijn welke vóórdien is uitgestippeld en vastgesteld.
De teneur van het centraal rapport willen wij samenvatten als een positieve
benadering en beoordeling van de beleidsargumenten welke bij de samenstel
ling van deze begroting op de voorgrond hebben gestaan, hetgeen overigens
niet inhoudt dat op onderdelen geen kritische opmerkingen zijn geplaatst.
Deze algemene strekking van de inhoud van het centraal rapport hebben wij
met voldoening geconstateerd.
Het begrotingsbeeld voor een volgend jaar is geen statisch gegeven. De uit
eenzetting over de financiële situatie zoals die is gegeven in de nota van
aanbieding geeft een beoordeling aan de hand. van de bekende gegevens op het
moment van opstellen van de stukken, lïadien zijn wijzigingen opgetreden of
zijn gegevens beschikbaar gekomen, welke indien zij U bekend waren ge
weest - een aantal vragen en opmerkingen voorkomen zouden hebben.
Het komt ons daarom gewenst voor als inleiding van ons antwoord de begrotings
situatie 1963 opnieuw te belichten in het lader van de thans bekende gege
vens over de uitkeringen uit het gemeentefonds, waardoor een aantal alge
mene vragen kan worden beantwoord.
De begrotingsopzet 1963 is terug te brengen tot vier kernpunten, welke als
volgt kunnen worden geformuleerd: