-3- voering van kapitaalswerken in de loop van 1961tot een bedrag van 40Q.000,- te hoog geraamd, zodat een ongedekt tekort overblijft van 188.000,- Daarbij moet overwogen worden, dat door verruiming van het onderdeel sociale zorg in de algemene uitkering - welke door de minister in genoemde circulaire in uitzicht is gesteld - nog enige verhoging van de algemene uitkering te verwachten is terwijl bovendien de rekening 1962 op tal van posten relatief geringe verschillen zal vertonen ten opzichte van de ra mingen, welke verschillen in totaal gezien toch nog een niet te verwaarlozen meevaller zullen opleveren. Op dit moment kunnen wij dan ook de gerechtvaardigde verwachting uitspreken dat de rekening 1962 in ieder geval sluitend zal zijn. Wat het jaar 1963 betreft berekenen wij thans, dat onze ramingen van de uit keringen uit het gemeentefonds 432.000,- uitgaan boven de laatst bekende richtlijnen van de minister. Dit bedrag komt dus in de plaats van het op pa gina 13 van de nota van aanbieding vermelde bedrag van 1 .130.000,-. Indien wij daarbij overwegen, dat de opbrengst van de algemene uitkering nog enige verhoging zal ondergaan door de aangekondigde verruiming van het onder deel sociale zorg in deze uitkering en dat de aanwijzingen voor 1963 nog in sterker mate dan die voor de jaren I960 t/m 1962 gezien het tijdstip waarop deze verschijnen een voorlopig karakter dragen menen wij het verantwoord de "prognose 1962" voor 1963 te handhaven. De bewuste keuze voor een sluitende begrotingsopzet ja&et als uitgangspunten; de o.i. verantwoorde prognose over de ontwikkeling van de uitkeringen uit liet gemeentefonds de realisatie van het investeringsplan en de behoefte aan een aan de omvang en het karakter van de stad aangepast leefklimaat voor de gemeenschap hebben ons gesteld voor de opdracht Uw raad voorstellen te doen tot het treffen van een aantal maatregelen welke tot dit sluitend begrotingsresultaat moeten leiden. Ook ons college acht de te treffen maatregelen ingrijpend, doch gezien de grote belangen verantwoord. Het met deze maatregelen te bereiken doel nl. de sluitende begrotingsopzet moet de waarborg geven voor een vlotte realisatie van de in de begroting 1963 neergelegde plannen en activiteiten. Enig risico ligt besloten in de thans voorliggende begroting, doch de veervang van dit risico is tot een relatief geringe proportie teruggebracht. De omvang van de saldi-reserve is bovendien zodanig dat dit risico ruimschoots kan wor den gedekt. Wij realiseren ons dat de thans te treffen maatregelen niet in deze omvang kunnen worden herhaald en dat ook de saldi-reserve slechts in beperkte mate een oplossing kan bieden, indien in volgende jaren in de reële behoeften van de gemeenten niet wordt voorzien door de uitkeringen uit het gemeentefonds. Wij houden dan ook rekening met de mogelijkheid dat in volgende jaren het beleid moet worden herzien dan wel een beroep moet worden gedaan op een aanvullen de bijdrage uit het gemeentefonds. Gezien de aan deze laatste mogelijkheid verbonden bezwaren, welke nog geaccentueerd worden door het feit dat in het huidig stadium van een dergelijk verzoek praktisch geen resultaat is te ver wachten, achten wij de thans voorliggende begroting met de daaraan ver bonden consequenties in het belang van de gemeente verantwoord en noodzake lijk. Met betrekking tot de zg. "verfijningen" zijn een aantal concrete vragen gesteld welke in het voorgaande niet worden beantwoord. De vaagheid waar mede dit belangrijke onderdeel van de financiële verhoudingswet 1960 nog is omgeven maakt het ons onmogelijk de gestelde vragen concreet te beantwoor den.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1962 | | pagina 885