-72- regeling wordt ten behoeve van het gymnasiaal of daarmede, naar het oordeel van ons collego gelijk tc stellen onderwijs aan seminaria en andere priester colleges, welke overigens aan door ons te stollen eisen voldoen, op verzoek van de besturen van die inrichtingen, uit de gemeentekas een bijdrage in de kosten van het onderwijs verleend. Voorwaarde is hierbij dat de betrokken onderwijsinrichting geen rijkssubsidie geniet. Onder "dergelijke opleidingsinstituten" worden verstaan, andere priester colleges dan seminaria, t.w. de instituten voor opleiding tot regulier geestelijke HOOFDSTUK VIII—§15. nijverheidsonderwijs Uitgaven volgno532b Ons college acht de accommodatie van de gemeentelijke technische school niet in overeenstemming met de hedendaagse opvattingen op het gebied van inrichting van scholen. Daartegenover kan worden gesteld, dat de outillage van het school gebouw gedurende de laatste jaren geheel is aangepast aan de daaraan volgens de laatste inzichten te stellen eisen. Bij ons college bestaan metterdaad plannen om te komen tot de stichting van een nieuw gebouwencomplex; hieromtrent zijn onderhandelingen gaande met de minister van onderwijs, kunsten en wetenschappen volgno556 De school voor scheepswerktuigkundigen telde aan het eind van het school jaar 1961/1962 een aantal leerlingen van 39 en aan het begin van het school jaar 1962/1963 een aantal van 54 Van het cursusjaar 19611962 slaagden 15 van de 16 deelnemende leerlingen voor het schoolexamen. Aan het rijksexamen werd door 15 leerlingen deelgenomen, hiervan slaagden er 75 moeten een herexamen doen, 2 werden er afgewezen en 1 leerling moet nog het praktisch examen doen. volgno. 538 Aan de o.b.a.o.-cursus namen per 1 oktober 1962 89 leerlingen deel. volgno. 558 De vormingsdagen voor de leerlingen worden georganiseerd door een r.k. priester voor de r.k. leerlingen en door een dominéé voor de p.c.leerlingen. De r.k. leerlingen ontvangen een retraite en de p.c. leerlingen bezinnen zich in een christelijk centrum. Alle leerlingen nemen er niet aan deel, omdat de vormingsdagen op basis van vrijwilligheid voor de leerlingen worden gegeven; de niet deelnemende leer lingen ontvangen op school gewoon onderricht. volgno. 562a Het fonds had op 1 januari 1961 een nadelig saldo van 1.135,60 en op 1 januari 1962 een batig saldo van 6,03. Omtrent de grootte van het fonds per 1 oktober 1962 zijn nog geen gegevens be kend.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1962 | | pagina 954