Breda
Bi .1 lage I.
De raad der gemeente Breda;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.
overwegendedat buitenschoolse vorming en ontspanning van jeugdige mensen,
zoals die plaats vinden binnen het jeugdwerk, ter plaatse niet tot de ge
wenste en noodzakelijke ontwikkeling kunnen worden gebracht zonder finan
ciële steun van de gemeentelijke overheid;
BESLUIT
voor het verkrijgen van subsidies ten behoeve van het jeugdwerk de volgende
regelen vast te stellen.
Hoofdstuk I Algemeen
Artikel 1
Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:
a. de raad: de raad der gemeente Breda;
b. burgemeester en wethouders: het college van burgemeester en wethouders
van Breda;
o. de jeugdadviesraad: het door burgemeester en wethouders ingestelde advies
orgaan, belast met jeugdaangelegenheden.
Artikel 2
Subsidie wordt verleend voor de volgende doeleinden:
a. Stedelijk jeugdcentrum; (l-Ioofdstuk li)
b. Beroepsmatige stedelijke jeugdleiding; (Hoofdstuk lil)
c. Jeugdverenigingen en organisaties voor open jeugdwerk; (Hoofdstuk IV)
cl.Verenigings- en groepsactiviteiten; (Hoofdstuk IV-l)
c2.Huisvesting; (Hoofdstuk IV-2)
c3.Jeugdleidersvorming; (Hoofdstuk IV-j)
d. Recreatie- en vakantie-activiteiten; (Hoofdstuk V)
e. Culturele activiteiten;(Hoofdstuk V)
fJeugdnatuurwacht; (Hoofdstuk VI
g. Algemene jeugddoeleinden.(Hoofdstuk VII
Artikel 3
Subsidie op grond van deze regeling wordt slechts verleend voorzover de
raad de nodige gelden heeft toegestaan.
Jaarlijks bij de vaststelling van de gemeentebegroting worden de bedragen
voor de afzonderlijke, in artikel 2 vermelde doeleinden vastgesteld.
Artikel 4
De uitvoering van de regeling wordt opgedragen aan burgemeester en wethouders.
Tenzij in deze regeling anders wordt bepaald, wordt op subsidieverzoeken door
burgemeester en wethouders beslist, gehoord de jeugdadviesraad.
Van de hiervoren bedoelde beslissingen staat beroep open op de raad.
